Markt bepaalt of teelt schoner kan/mag/moet

De Ambitie Plantgezondheid 2030 van LTO is mooi. Maar de tuinder heeft het welslagen ervan niet in eigen hand.

De ambitie van de plantaardige LTO´s (inclusief de NFO en de KAVB) is niet mals: in 2030 geen uitstoot van middelen meer naar het grondwater en naar het oppervlaktewater. En daar dan in de markt ook nog de handen voor op elkaar willen krijgen.

‘Groeiende vraag naar duurzaam’

“We zien een groeiende vraag naar duurzaam geproduceerd product”, aldus LTO, vooruitblikkend naar 2030. Terwijl de consument nu nog selecteert op prijs. De twee aannames doen wat zwart-wit aan. Consumenten kopen natuurlijk vooral wat ze lekker vinden. En als het dan ook nog in de aanbieding is, dan is dat mooi meegenomen. Is het óók nog duurzaam, dan is dat dúbbel mooi meegenomen. In die volgorde.

Lees ook: Ambitie LTO: nul emissiemiddelen in 2030

Afkalvend draagvlak

‘Het maatschappelijk draagvlak kalft af’, verklaart LTO haar ambitie nog eens nader. Zonder overigens die bewering nader van cijfers of feiten te voorzien. Dat afkalven zou wellicht geïllustreerd kunnen worden met de acties van Greenpeace en Natuur en Milieu en hun zwarte lijsten van middelen en hun niet altijd even genuanceerde campagnes vóór de bijen en tegen iedereen die wel eens een chemisch middel heeft aangeraakt. Maar of dat ook een breed gevoelde publieke opinie weerspiegelt is nog een tweede.

Afnemer wil risico niet nemen

Blijft staan dat de grote afnemers het risico niet willen nemen dat het publiek zich inderdaad tegen producten in hun schappen zou kunnen keren. De markt vraagt dus om duurzaam. Of ‘volhoudbaar’ zoals LTO het graag noemt.

En dus is het goed om als sector uit te stralen op zoek te zijn naar meer biodiversiteit, meer groene middelen, meer weerbare rassen. Zelfs als dat laatste ten koste zou gaan van andere raseigenschappen zoals smaak en sappigheid. Dat lijkt dan weer een stapje te ver. ‘Allebei graag, én lekker én weerbaar.’

Afhankelijk van derden

De veredelaars moeten dus aan de slag. Net als de middelenfabrikanten die de juiste groene middelen moeten ontwikkelen en de overheden die voor de juiste toelatingen moeten zorgen. Kortom, of de plantaardige teelten hun ambities in 2030 kunnen verwezenlijken hangt af van derden.