In het manifest ‘Organische stof: leven in de Nederlandse bodem’ roepen 29 organisaties de Nederlandse politiek op het 6de Actieprogramma Nitraatrichtlijn te benutten om de positie van organische stof in de Nederlandse meststoffenregelgeving te verbeteren.
Op woensdag 26 oktober werd het manifest ‘Organische stof: leven in de Nederlandse bodem’ aangeboden aan de Vaste Kamercommissie voor Economische Zaken, voorafgaand aan een rondetafelgesprek over organische stof en bodemvruchtbaarheid. Volgens de 29 organisaties die het manifest ondertekenden, doet de verbetering van de positie van organische stof recht aan het belang daarvan voor de bodemvruchtbaarheid, de biodiversiteit, het klimaat en de circulaire economie.
Onschatbare waarde
“Organische stof in de bodem is van onschatbare waarde voor de bodemvruchtbaarheid, de biodiversiteit en voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. De gehalten organische stof in de Nederlandse bodem staan echter onder druk. In de huidige meststoffenregelgeving ligt de focus op het terugdringen van emissies van stikstof en fosfaat. Daardoor is het moeilijk voldoende organische stof aan te voeren en te komen tot integraal duurzaam bodembeheer”, stellen de manifestpartners.
Meststoffenregelgeving aanpassen
De manifestpartners vragen het Nederlandse parlement om een aantal stappen te nemen zoals het aanpassen van de meststoffenregelgeving en het mogelijk maken van maatwerk in mestbeleid, beide passend binnen de milieukundige kaders. Daarnaast zijn er aanbevelingen om de toepassingsmogelijkheden voor organische bodemverbeteraars uit reststromen te verbeteren, betere prikkels te geven voor goed organische stofbeheer door agrariërs en duurzaam bodembeheer en goed organische stofbeheer als voorwaarde op te nemen in kortlopende pacht- en grondtransacties. Bovendien vragen zij om het faciliteren van kennisontwikkeling over organische stof in de bodem bij belanghebbenden.
Manifestpartners
Ondertekenaars van het manifest zijn: Biohuis, Bionext, BoerenNatuur.nl – Agrarisch natuur- en landschapsbeheer, Brabantse Milieufederatie, Brancheorganisatie Akkerbouw, BVOR – Branche Vereniging Organische Reststoffen, CZAV –Coöperatieve Zuidelijke Aan- en Verkoopvereniging U.A., Dutch Biorefinery Cluster, FNLI – Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie, GroentenFruit Huis, LandschappenNL, Louis Bolk Instituut, LTO Nederland, Meststoffen Nederland, MVO Nederland, Natuur & Milieu, Natuurmonumenten, NAV – Nederlandse Akkerbouw Vakbond, Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), NEVEDI – Nederlandse Vereniging Diervoederindustrie, NMI – Nutriënten Management Instituut, Nutriëntenplatform, Rabobank, Food & Agri, Stichting Veldleeuwerik, Suiker Unie, Ulebelt namens coöperatie van buurtcompostinitiatieven, Urgenda, Vereniging Afvalbedrijven en De Waard Eetbaar Landschap.
Voor meer informatie zie het manifest ‘Organische stof: leven in de Nederlandse bodem’.