Volgens LTO-vakgroep botst het mestbeleid met de kringloopgedachte van minister Schouten.
Het mestbeleid werkt tegen de kringloopgedachte die minister Carola Schouten uitdraagt in haar landbouwvisie. Door de krappe gebruiksnormen voeren akkerbouwers minder dierlijke mest aan dan ze willen, zei voorzitter Jaap van Wenum van de LTO-vakgroep Akkerbouw op een ledenbijeenkomst in Midwolda.
Heffing op stikstofkunstmest
De Tweede Kamer stemde vorige week in met een motie waarin een heffing op stikstofkunstmest wordt genoemd als optie om het gebruik van mest te stimuleren. Van Wenum: “Dat is echt pure onzin. Zo’n heffing betekent alleen een kostenverhoging voor akkerbouwers. Die moeten kunstmest gebruiken om hun gewasopbrengsten op peil te houden. Als de overheid minder kunstmest wil, dan moet er meer ruimte komen om dierlijke mest aan te voeren.”
Gewasderogaties in mestbeleid
Van Wenum pleit daarom ook voor gewasderogaties in het mestbeleid. “Nu geldt de derogatie alleen voor gras en mais. Wij willen dat uitbreiden naar andere gewassen als graszaad, wintergraan en winterkoolzaad, waar je meer dierlijke mest kunt toepassen zonder dat dit een milieubelasting tot gevolg heeft. Dat is goed voor de bodemvruchtbaarheid. En we verlagen de CO2-voetafdruk omdat we dan minder kunstmest nodig hebben.”
Bodemverbeteraars
Van Wenum wil ook een vrijstelling van bodemverbeteraars voor de fosfaatgebruiksnormen. “Nu telt het fosfaat uit bodemverbeteraars als compost, champost en vaste mest geheel of gedeeltelijk mee in de fosfaatgebruiksnormen. Dat beperkt de toepassing in de akkerbouw, terwijl bodemverbeteraars uitstekend passen in de kringloopvisie van Schouten.”