De maat is vol voor LTO-bestuurders Ingrid van Huizen, Joris Baecke en Claude van Dongen. Zij vinden dat het uit moet zijn met het voortdurend beschuldigend wijzen naar boeren en tuinders.
“Samen werken aan een duurzame land- en tuinbouw is niet gebaat bij een gefragmenteerde ‘wij-zij’-discussie, die plat geslagen wordt door ‘hop, we geven de landbouw de schuld‘”, aldus de bestuurders in een oproep op de site van LTO Nederland. De kop boven het stuk luidt: Stop met landbouw de schuld geven.
Onderzoek Natuurmonumenten naar insectenstand
Aanleiding voor de oproep van de 3 bestuurders is een onderzoek dat Natuurmonumenten maandag presenteerde over de insectenstand in 2 natuurgebieden. Het aantal insecten is volgens dat onderzoek teruggelopen. Directeur van Natuurmonumenten Marc van der Tweel over het onderzoek: “De landbouw is een van de belangrijkste beheerders van ons buitengebied. Daar wordt jaarlijks zo’n 10 miljoen kilo aan chemische gewasbeschermingsmiddelen gebruikt.”
‘Als we niet oppassen, gaat de discussie over de gangbare landbouw alle kanten op. Over ons en vaak zonder ons’
De 3 LTO‘ers: “Terecht? Neen. Boeren en tuinders hebben de milieubelasting de afgelopen 20 jaar fors teruggedrongen en zetten bij wijze van spreken dagelijks nieuwe stappen voor een duurzame land- en tuinbouw. Als we niet oppassen, gaat de discussie over de gangbare landbouw alle kanten op. Over ons en vaak zonder ons.”
Inzet voor biodiversiteit, water en natuur niet voor niets
De bestuurders geven aan dat boeren zich inzetten voor biodiversiteit, waterberging, landschapsbeheer, akkerranden en houtwallen waar planten en dieren gedijen. Maar dat kan niet voor niets, vinden ze. ”Als de maatschappelijk vraag is om meer biodiversiteit te produceren, dan zal daar een adequate vergoeding voor boeren en tuinders tegenover moeten staan.”
‘Het ‘méér en nog méér van een hectare halen’ plaats gaat maken voor telen met minder chemische hulpstoffen’
De land- en tuinbouw maken een omslag, aldus Van Huizen, Baecke en Van Dongen. “Dat wil zeggen dat het ‘méér en nog méér van een hectare halen’ plaats gaat maken voor telen met minder chemische hulpstoffen (gewasbescherming, kunstmest, fossiele energie).”