Geen boer of tuinder is hetzelfde. Dat houdt Laura Bromet zichzelf en ieder die luisteren wil graag voor, als ze namens GroenLinks-PvdA haar kijk op de land- en tuinbouw ontvouwt. Dat doet ze ook regelmatig in zaaltjes vol met boeren en tuinders. Zonder de illusie dat ze daar heel veel stemmen gaat winnen.
“Geen boer of tuinder is hetzelfde. Ik spreek bollentelers die zich erg druk maken over welke middelen ze nog wel of niet meer mogen gebruiken. Maar ik spreek ook John Huiberts die met zijn biologische bollenteelt laat zien dat het wél kán.”
Twee soorten telers
Grofweg ziet Bromet toch wel twee soorten telers. “Dat zijn in de eerste plaats degenen die boer of tuinder zijn geworden, omdat hun vader het ook al deed. En die het bedrijf gaan voeren zoals hun vader het ook al deed. Dat zijn de bedrijven die het meeste last hebben van de snelheid waarmee dingen veranderen, door de markt en door de politiek. Daar zit ook het meeste verzet tegen veranderingen. En dan zijn er de ‘ondernemers’. Die boeren en tuinders hebben meer oog voor de kansen die bijvoorbeeld verduurzaming bieden kan.”
Maar boven die twee types uit ziet ze een rode draad in ál haar gesprekken met boeren en tuinders. “Ze willen allemaal eindelijk eens duidelijkheid. Een overheidsbeleid waar ze van op aan kunnen in plaats van het al jaren en jaren zwabberende beleid van vier kabinetten Rutte. Gek genoeg geven sommigen daarvan ook GroenLinks de schuld.”
Welke duidelijkheid zou u de sector zelf geven, als minister van LNV? Zóu u dat überhaupt willen worden?
“Ik zou het een hele eer vinden. Een mooi dossier. Ik zou het graag praktisch aanpakken. Niet maar blijven praten over verduurzamingsdoelen, maar ondersteuning geven aan de telers die al stappen zetten en verder willen. Er is nu heel veel geld voor een stoppersregeling. Maar ik zou vooral blijversregelingen willen. Met het versoepelen van regels die verduurzaming nu soms nog in de weg zitten. En met belastingheffing voor wie niet duurzaam is. Laat de vervuiler betalen, dan wordt het wél duurzame product vanzelf relatief betaalbaarder.”
Stoppen met die doelen betekent niet dat die van tafel gaan, nemen we aan?
“De doelen die nu staan, zoals CO2-uitstoot naar nul in 2050, de Kaderrichtlijn Water voor 2027, 50% minder bestrijdingsmiddelen en 25% biologisch in 2030, dat zijn de randvoorwaarden waar elke boer en tuinder mee te maken heeft. Dat is niks nieuws, neem die doelen serieus. Het is toch armoedig dat we daar nu nog steeds zo over aan het debatteren zijn. Als je nu inzet op uitstel, dan moet je dat toch uiteindelijk versneld inhalen om die einddoelen te halen.”
Schaart u daar ook het pleit onder van de glastuinbouw voor een tragere afbouw van de tuinbouwkorting op de gasbelasting?
“Jazeker. Ik was in 2010 al medewerker landbouw bij GroenLinks. Toen heb ik ook al de glastuinders bezocht die wél al stappen aan het zetten waren om van het gas af te kunnen. Nu nog steeds dezelfde discussie voeren, terwijl iedereen al zo lang weet dat het eraan komt. Op een gegeven moment is het klaar. En als er financiering nodig is voor de omschakeling of om investeringen van de grond te krijgen, laten we dáár dan over praten.”
Maar nu, in een land waar ruimte schaars is, kosten hoog en de levensstandaard ook, daar kun je het als boer of tuinder alleen winnen op kwaliteit
Maar het zal toch uiteindelijk uit de markt moeten komen. Telers hebben nog niet alle vertrouwen dat ze hun kostenverhogingen terugbetaald krijgen. “Kijk, die manier van produceren, gestuurd op massa, tegen zo laag mogelijke kosten, dat was na de oorlog misschien de standaard. Maar nu, in een land waar ruimte schaars is, kosten hoog en de levensstandaard ook, daar kun je het als boer of tuinder alleen winnen op kwaliteit. Dát is de land- en tuinbouw die wij als GroenLinks-PvdA graag in Nederland willen behouden. Ja, óók de sierteelt onder glas, als die zonder gas en zonder bestrijdingsmiddelen produceren, natuurlijk is daar een toekomst voor in Nederland.”
En ook als er zoals nu veel buitenlandse arbeid voor nodig is?
“Ten eerste moet de beloning van die arbeidsmigranten kloppen. Dat moet een loon zijn waar je van kunt leven. En de tuinder is ook verantwoordelijk voor goede huisvesting. Maar dan telt ook mee of het werk dat ze komen doen maatschappelijk bijdraagt. Om de intensieve veehouderij en slachterijen op volle toeren te laten draaien, dat is in onze ogen niet de bedrijvigheid die bijdraagt aan onze toekomst. De tuinbouw wel. Maar niet alleen vanuit voedselzekerheid. Zoals gezegd: kwaliteit en duurzaamheid gaan boven alleen maar massa.”
Arbeidsmigranten ja, mits het werk dat ze komen doen maatschappelijk bijdraagt
Het verzet tegen die transitie naar duurzamer en meer plantaardig en minder dierlijk, achtervolgde Kamerlid Bromet tot op haar drempel. “Mijn hele erf is volgegooid met kuilgras en plastic. En er komt hier regelmatig iemand midden in de nacht toeterend langs. De rust is wel een beetje weergekeerd, maar dat soort acties verwerp ik, want ze zijn een bedreiging voor de democratie. Ik kan tegen boeren en tuinders ook alleen maar zeggen: kijk goed naar waar je op stemt en kijk verder dan je neus lang is. Beloftes die op termijn niet waargemaakt kunnen worden, veroorzaken uiteindelijk alleen maar meer ellende.”
Lees ook het interview met Van der Plas (BBB): ‘Ja, wij claimen het ministerie van LNV’