Tom Vlaemynck van Tomato Masters in Deinze is bezig aan de eindfase van de teelt trostomaten van de rassen Foundation en Sevance. Op 25 september is de kop eruit gehaald en 15 december worden de laatste tomaten geoogst.
Het is een moeilijk teeltseizoen, vooral vanwege de galmijt. In juli heeft hij 3.000 vierkante meter van de Sevance moeten ruimen, en later nog eens 2.000 vierkante meter. De aantasting van galmijt was daar niet meer te beheersen. Op de opengevallen plekken heeft hij planten van losse tomaten gepoot die op dat moment voor handen waren en waar zijn Tomeco-groep via coöperatie Hoogstraten afzet voor heeft: vleestomaten (ras Rebelski) en San Marzano tomaten (ras Portento). “Het is meer om de kas vol te houden dan dat het wat oplevert. Het kost veel extra werk want ze staan verspreid en moeten apart geoogst en verwerkt worden.”
Meterproductie 1,5 kilo lager
De productie zal dit jaar lager uitvallen dan vorig seizoen. “We komen waarschijnlijk 1,5 kilo per vierkante meter lager uit. Dat komt niet alleen door de galmijt, maar ook doordat we deze zomer op te veel dagen storing hebben gehad aan de wkk. De gevolgen daarvan zie je pas veel later.”
Er hingen halverwege vorige week per plant nog 2 tot 3 trossen tomaten. De tomaten van het ras Foundation zijn goed uitgedikt. Het vruchtgewicht is gemiddeld 135 gram. “In de diffuse kas zijn ze net iets grover, terwijl er daar meer stengels staan.” In de diffuse kas is de stengeldichtheid eind juli teruggebracht naar 3,8 stengels per vierkante meter, in de heldere kas naar 3,3. Sevance is wat fijner gebleven en heeft nu een vruchtgewicht van 115 gram. “Waarschijnlijk was het behang gewoon te groot en hebben te veel planten last gehad van de galmijt.”
Egale afrijping
Op 24 november gaat Vlaemynck etheen doseren om de laatste trossen versneld af te laten rijpen. Hij zet om 17 uur, als het personeel naar huis is, de etheengenerator aan. Het rijpingsgas wordt via het CO2-doseringssysteem in de kas gebracht. “Door de ventilatoren krijg je een hele mooie verdeling. Een sensor zorgt ervoor dat de concentratie tussen 0,8 en 1 ppm blijft.” De volgende ochtend om 5 uur lucht hij af. “Dit geeft een mooie egale afrijping. Drie weken later zijn alle tomaten eraf.”
Veensubstraat trekt makkelijk droog
Nog steeds bestrijdt hij de galmijt met zwavelbespuitingen, maar de frequentie is teruggebracht naar eens in de twee weken om residu op de tomaten te voorkomen. Door de zwavel is de Macrolophus-populatie behoorlijk teruggevallen. Toch zit er weinig wittevlieg. Wel heeft hij een keer met Xentari gespoten tegen de rupsen.
Het water geven op het veensubstraat van Greenyard Horticulture (voorheen Peltracom) is nu minimaal. Maar tot voor kort liet hij het substraat iedere nacht nog 15 tot 20% interen. “Het substraat is minstens even makkelijk droog te krijgen als steenwol. Dat komt door de grove stukken erin.” Het natuurlijke substraat is onderdeel van het eisenpakket van de vaste klant waarvoor Vlaemynck teelt. De zakken zijn 1.20 meter lang en bevatten 20 liter substraat, goed voor 3 potten met planten.
Vaste klanten
Tijdens de teeltwisseling is alles erop gericht om vooral de galmijt op te ruimen. Zodra alle gewasresten de kas uit zijn, gaat hij eerst foggen tegen overgebleven plagen. Daarna wordt het loopfolie verwijderd en alles ontsmet. Vlak voor het planten wordt de kas ingespoten met waterstofperoxide.
In de tweede week van januari gaat hij weer planten. In de heldere kas (6,3 ha) komt Foundation te staan. In de diffuse kas 2,3 hectare San Marzano (Portento) en 2,2 hectare de middeltrostomaat Sevance. “Onze vaste klanten nemen 80% van de hele jaarproductie af. Alleen tijdens de piekproducties moeten we andere afzet zoeken via veiling Hoogstraten.”
Auteur: Gerard Boonekamp