Komkommerteler Arthur van Geest heeft in een van de kassen op 17 en 24 juni Lausanne geplant, na een volledige teeltwisseling.
“Het was net heel heet op het moment dat we aan het poten waren. Het is even 36 tot 37 graden in de kas geweest”, vertelt Van Geest. Er lag al een diffuse coating op het kasdek. Maar met dat hele warme weer heeft de teler toch ook het schermdoek voor de helft dicht gedaan.
Komkommergewas koppen
Op de donderdag in week 27 wordt het laatst geplante gedeelte van het gewas gekopt. Bij de planting van een week eerder is dat koppen al achter de rug. De ranken komen er goed uit. Ondanks donkere weersomstandigheden groeit alles goed door. “Al is de vrucht wel iets minder snel dan gebruikelijk. Voor deze periode van het jaar is 21 dagen tot aan de eerste oogst best langzaam.”
EC weer op normale waarden
Aan temperatuurinstellingen worden dagtemperaturen van 20,7 en 21 graden aangehouden. Na een voornacht van 18,5 graden gaat de nanacht naar 19,5 graden. Bij de watergift was de EC behoorlijk weggezakt tijdens de warme dagen. “Die EC hebben we toen even opgevoerd, maar nu gaan we weer richting normale waarden.”
Enkele trips
Ziektes of plagen zijn geen probleem. “We zagen een enkele trips, dus we hebben al montdorensis gestrooid en zakjes uitgehangen.” In de voorafgaande teelt was het eveneens rustig met plagen.
In tweeën planten
In een andere kas wordt de helft van het gewas schoon gesneden en wordt 8 juli opnieuw geplant. Om arbeid te spreiden volgt de andere helft een week later. Er wordt een etmaaltemperatuur van 22 graden aangehouden om de laatste vruchten er vlot af te laten komen. Er is steeds behoorlijk CO2 gedoseerd. “We proberen rond de 800 ppm te halen, maar als de zon goed schijnt en de luchtramen openstaan, red je dat niet.”
Ook in deze kas is het rustig met plagen. “Wel hebben we een keer Teppeki gespoten, omdat de biologie de katoenluis even niet meer kon bijhouden.”
Auteur: Peter Visser