Roerend of onroerend, het maakt nogal wat uit. Zeker qua belastingheffing.
Heel veel vrijstellingen gelden bijvoorbeeld alleen voor onroerende zaken. Denk bijvoorbeeld aan de landbouwvrijstelling in de winstbelasting en de vrijstelling voor cultuurgrond in de onroerendezaakbelasting (ozb). Bij dit soort vrijstellingen is het voordeliger om onroerend te zijn. Maar soms is juist het tegenovergestelde het geval. Dan is het voordelig om iets als roerend aan te merken. En dat was het geval bij een uitspraak van het Hof Amsterdam van 17 april jongstleden. Het ging om een koelcel bij een fruitteler. Deze koelcel werd verkocht en vervolgens was het de vraag waarover 6% overdrachtsbelasting verschuldigd was.