In week 33 was de kwaliteit van de meeste producten redelijk. Wellicht door de wat stagnerende handel zag ik product dat niet echt vers meer was.
Tomaten waren goed van kwaliteit maar vertoonden soms een beschadiging, waardoor deze goede kwaliteit wat werd vertroebeld. Bij trostomaten was dat een mesbeschadiging, bij de ronde vaak een steelbeschadiging. Vleestomaten vertoonden wat grauwheid. Hierbij is de kwaliteitsboost niet zo groot geweest als die van de ronde tomaten de laatste tien à vijftien jaar. De stevigheid was wel in orde.
Bij de paprika’s was nu eens de gele variant de mindere van alle kleuren. Vooral door de vorm, een enkel kopscheurtje en een zogenaamde schapenkop was de uitstraling matig maar altijd nog voldoende. Bij de rode zag ik af en toe een waterige plek op de schouder.
Bij de komkommers stonden er partijen stamvruchten en ook rankvruchten waardoor het goede beeld heterogeen toonde. Een partij aubergines was stevig maar nog niet overrijp. De kleur was nog voldoende donker.
IJsbergsla was al enkele dagen oud. De snijvlakken waren bruin en hier en daar zag ik een roodverkleurde nerf. In één partij kwam bolrot voor. Prei had opmerkelijke lange schachten. Het groen was aangetast door trips, zichtbaar in de vorm van gele stippen en vlekken op het groene gedeelte.
Tot slot zag ik nog een paar partijen snijbonen en sperziebonen. Deze waren prachtig groen zonder enige vorm van roest. Opvallend was ook dat er nauwelijks beschadigingen zichtbaar waren.
Hoewel de kwaliteit, zoals genoemd, best redelijk was, is het nu zaak om de krik eronder te houden. Juist in een periode van moeizame afzet is een van de speerpunten om deze weer op de rail te krijgen, het leveren van een topproduct.
Het Kwaliteits-Controle-Bureau (KCB) voert import- en exportinspecties van verse groenten en fruit, snijbloemen en potplanten uit. Ook controleert het de kwaliteit van de verse groente en fruit die binnen Nederland wordt verhandeld.