De kunstmestmarkt is dit voorjaar atypisch en wordt gekenmerkt door grote prijsstijgingen in februari en maart.
De KAS-prijsstijging van € 3,40 per 100 kilo in week 5 was in eerste instantie nog vooral een prijscorrectie in een kunstmestmarkt die al langer in de lift zat. Echter, ook daarna bleef de KAS-prijs stijgen. Trapsgewijs kwam er de laatste weken telkens € 1 bij de prijs op. Deze week veranderde er een keer niets, maar KAS noteert inmiddels al € 27,90 per 100 kilo. Dat is € 5 meer dan vorig jaar en het hoogste prijsniveau in jaren (bron: groothandel Triferto).
De huidige hoge prijzen zeggen veel over de markt, want normaal gesproken wordt kunstmest goedkoper in deze periode van het jaar. Boeren zijn bezig met de eerste strooironde en hebben al veel product ingeslagen. Mondiaal gezien spelen echter andere factoren. Het kunstmestaanbod is beperkt en er is veel vraag door aanhoudend hoge prijzen voor graan en soja. De energieprijzen lijken wel iets gezakt na een piek medio maart, maar liggen nog altijd op het niveau van een maand geleden; $ 65 per vat ruwe Brent-olie. KAS kan zelfs nog iets duurder worden, maar het plafond is wel bijna bereikt. Een prijs van € 30 lijkt de grens te zijn.
Op de kalimarkt zijn vraag en aanbod al een tijdje netjes in balans. In februari werd kali nog € 0,30 duurder, maar in maart veranderde er niets meer aan de prijs. Kali noteert € 29 per 100 kilo. Dat is nog altijd minder dan vorig jaar betaald werd: € 31,60 per 100 kilo.
De Nederlandse fosfaatmarkt is klein en prijzen noteren deze week ongewijzigd: € 38,70 per 100 kilo. Echter, in februari en maart werd deze meststof € 2 duurder. Dit was een na-ijleffect van een mondiale fosfaatmarkt die al langer in de lift zat. De VS was de oorzaak. Dat land sloeg al langer geleden extra product in vanwege nieuwe importheffingen per 1 april. Die extra vraag valt straks dus weer weg. Al kan de prijsstijging eerst iets na-ijlen.
Prognose: KAS nog iets duurder.