‘Je ziet dat het gewas meer verdampt onder diffuus glas’

“Het belichten is best aardig gegaan”. Maar volgend jaar moet ik vanaf het begin beter op het vocht letten”, zegt Pieter Geerts van Meer Fresh Products in Meer (B). Hij heeft in de nieuwe kas 4 hectare van het middeltrosras Diamantino staan.

“De productie ligt wel op het niveau dat ik tevoren had ingeschat. Maar er moet vanaf de start van de teelt makkelijker een minimumraam in en iets meer buis eronder. Doordat ik dat de eerste anderhalve maand te weinig gedaan heb, moest ik er uiteindelijk veel meer energie instoppen om het te corrigeren. Die geschiedenis blijft lang meelopen, vooral ook omdat Diamantino van nature al veel blad maakt.”

Het gewas staat er sterk op, maar niet te sterk. “We hebben 4 koppen per vierkante meter staan maar het blad is mooi kort: 35 centimeter. Tot vier weken geleden hebben we steeds een blaadje uit de kop gehaald, maar dat is niet meer nodig. Het is een mooi open gewas.” Twee weken geleden was de zetting door het donkere weer en de hoge plantbelasting even wat minder. “Vorige week en deze week snoeien we de trossen daarom op 5. De kans op groene puntvruchten en gescheurde tomaten is op die trossen groter.” Het gewas staat mooi in balans. Al weken groeit het 20 tot 22 centimeter in de lengte en worden er ongeveer 20 vruchten per vierkante meter aangemaakt. Deze week knipt hij voor het eerst fors meer dan er aan vruchten aankomen. De plantbelasting zakt van 180 naar 170 vruchten per vierkante meter.

Meer energie onderin het gewas

Het gewas is nog kerngezond. Plagen zijn er niet. “Er zit helemaal niets in. Zelfs op de gele vangplaten zien we nauwelijks een toename van wittevlieg. We hebben ook nog geen rupsen gezien. We hebben alleen een paar planten met spint plaatselijk gespoten en er Phytoseiulus-roofmijten uitgezet. Het barst van de Macrolophus.” Heel af en toe is op een wond van een blad Botrytis ontstaan, maar nalopen is niet nodig. Overmatige wortelgroei heeft hij nog nooit gezien op zijn bedrijf. “Ik hoop dat het zo blijft, want dat ziet er toch wel lelijk en gevaarlijk uit.”

Onder het diffuse glas met dubbelzijdige AR-coating verloopt de teelt niet veel anders dan in de andere kassen. “Je ziet wel dat het gewas op een zonnige dag 8 tot 9 procent meer verdampt, waarschijnlijk doordat er meer energie lager in het gewas komt en er meer bladeren mee blijven doen. Anderhalve maand geleden, toen de zon nog lager stond, zag je ook dat de planttemperatuur er lager was als de lampen uit waren.” Sinds twee weken gaan de lampen helemaal niet meer aan. Daarvoor gingen ze alleen in de vroege ochtend nog een paar uur aan. “Je kunt na koude nachten het gewas beter opwarmen met de lampen dan met de buizen.”

Regeling op licht en vocht

Nu staat de dagtemperatuur ingesteld op 20 graden plus een lichtverhoging van 3 graden. Op het eind van de dag wordt de lichtverhoging vervangen door een vochtregeling. Tot een rv van 65 procent mag de kasluchtemperatuur 3 graden stijgen. Om 19 uur gaat de voornacht van 16 graden in. “Ik wil hem niet te laag hebben want dan krijg je splijttrossen en blad op de tros.” Afhankelijk van het weer probeert hij om 23 uur naar de nanacht van 17 graden te gaan. ’s Nachts staat de setpoint van de luchtramen 0,5 graden boven de stookwaarde, ’s ochtends is dat maar 0,2 graden.

De watergift start om 9.30 uur of wanneer er 90 Joules aan zonlicht is geteld. Op donkere dagen stopt Geerts al om 14 tot 14.30 uur met water geven. Op zonnige dagen soms pas om 19 uur. “Tot 14.30 uur geef ik water op een combinatie van straling en tijd. Daarna alleen nog op straling.” De druppel-ec staat standaard op 3 met een lichtverlaging van 0,3. In de mat is de ec 4,5. De drain over de hele dag ligt meestal rond 30 procent.