Het Israëlische Volcani Centre is leidend in onderzoek naar ToBRFV en zet ook genetische technieken in als Crisp-Cas. De kennisvoorsprong komt uit jarenlange onderzoeksprogramma’s. Het centrum ziet een rol voor Nederland nu resistentie is gevonden.
Nederlandse zaadbedrijven kunnen het voortouw nemen in de ontwikkeling van ToBRFV-resistente tomatenrassen en Israëlische kennis over resistentie gebruiken. Dat signaal komt uit het leidende onderzoekscentrum Volcani Centre in Israël.
Volcani is zonder twijfel het belangrijkste ToBRFV-onderzoekscentrum in de wereld. Het centrum is onderdeel van het Israëlische ministerie van landbouw en heeft 185 onderzoekers in dienst. Al in 2016 maakte de Israëlische overheid gelden beschikbaar, waardoor het onderzoek naar Tomato Brown Rugose Fruit Virus (ToBRFV) sindsdien belangrijke resultaten opleverde voor de rest van de wereld. Een voorbeeld is de kennis over verspreiding via hommels. ToBRFV had toen net in 2014 de Israëlische tomatensector ontwricht en het land tot netto-importeur gedegradeerd.
Bacteriën inzetten
Zeven Volcani-onderzoeksgroepen doen onderzoek naar ToBRFV. Aviv Dombrovsky is één van de onderzoeksleiders van een team dat zich vooral richt op (voor ToBRFV) veilige teeltmethodes. Dombrovsky is al elf jaar betrokken bij onderzoek naar tobamovirussen in het centrum, maar kent ook het werk van collega-onderzoekers.
Veel onderzoek van de Israëlische onderzoeksgroep is bestemd voor lokale telers, maar Dombrovsky onderstreept dat daarna data ook internationaal beschikbaar komen.
Bij een (recent gepubliceerde) presentatie afgelopen najaar op de British Tomato Conference gaf Dombrovsky een overzicht van de onderzoekslijnen naar ToBRFV. Via de mail geeft hij aanvullende antwoorden aan Groenten & Fruit. Veel onderzoek van Dombrovsky gaat uit naar het bodemleven. In Israël staan de meeste tomatenplanten nog met de wortels in de grond. Het bodemleven rond ToBRFV is complex, maar Dombrovsky ziet kansen om in de toekomst gericht bacteriën in te zetten om virussen aan te pakken. “Daarover denken we voor de toekomst.”
Lees verder onder de foto.
Eerbetoon aan Beijerinck
Onderzoeker Aviv Dombrovsky van het Volcani Centre heeft historisch besef in ToBRFV-onderzoek. In presentaties verwijst Dombrovsky ook graag naar Nederlandse grondleggers van virologie. Bijvoorbeeld afgelopen najaar op de British Tomato Conference noemde Dombrovsky de Nederlandse onderzoeker Beijerinck. Martinus Willem Beijerinck ontdekte in 1898 met filtratie-experimenten dat de tabaksmozaïekziekte wordt veroorzaakt door iets dat kleiner is dan een bacterie. Dombrovsky: “Hij was de eerste die virussen gebruikte in de moderne context, 130 jaar later hebben we nog steeds te maken met de tobamovirussen.”
1 op 50 planten besmet
Op korte termijn hebben Israëlische telers het meeste aan veilige werkmethodes, zoals het gebruik van teeltmedium in de grond, waardoor wortels minder kwetsbaar zijn voor besmetting vlak na het planten. De grond ontsmetten is voor telers een minder kostbare teeltmethode. Met deze veilige teeltwijze is de besmettingsgraad fors teruggebracht, maar nog altijd valt gemiddeld één op de 50 planten ten prooi aan het virus na planten. Een snelle detectie van de besmetting is mogelijk, stelt Dombrovsky, waardoor telers de plant snel kunnen vervangen.
Resistente rassen
Meer structureel is de ontwikkeling van nieuwe rassen. Dombrovsky verwacht dat na onderzoek van Volcani-onderzoeker Moshe Lapidot binnen één tot twee jaar de eerste resistente rassen of onderstammen op de markt komen. “De onderzoeksgroep van Moshe Lapidot heeft enkele resistente variëteiten al wel geïdentificeerd en in onderzoek genomen. We vertrouwen erop dat in de nabije toekomst deze commercieel beschikbaar zijn, eerst als onderstam en later als nieuwe resistente variëteiten.” De eerste resultaten zijn gunstig. “Naar mijn mening verloor het virus aan kracht op het moment dat de resistente variëteiten werden geïdentificeerd. Ik voorzie dat het snel onderdeel wordt van het virusreservoir, zoals eerder Tobacco mosaic virus (TMV) en het Tomato mosaic virus (ToMV).”
Lees verder onder de foto.
Sleutelen met gentechniek
Veelbelovend is ook het onderzoek met de nieuwe genetische techniek Crisp-Cas. Daarmee kan een mutatie doorgevoerd worden in de plant. Dombrovsky: “In Europa vinden jullie de techniek Crisp-Cas niet zo fijn, maar wij doen er onderzoek naar puur als back-up voor het gangbare onderzoek. Het virus heeft enzymen nodig om zich te kunnen vermenigvuldigen op de plant. Je kan die enzymen met Crisp-Cas uitschakelen en deuren sluiten voor het virus, zodat het zich niet kan vermenigvuldigen.” Toch is ook dit onderzoek nog niet sluitend. “Het blijkt dat mogelijk nog andere genen uitgeschakeld moeten worden om het virus te stoppen. Het is waarschijnlijk dat we via de klassieke methodes aan resistente rassen komen. Crisp-Cas is alleen voor een back-up.”
Een proef om met onderstammen uit aubergine te werken, leidde niet tot de gewenste uitkomst. De hypothese dat aubergine het virus zou weerstaan, hield niet stand.
Recent heeft Volcani een serie resistente onderstammen met besmette planten geïnoculeerd. Dat is cruciaal onderzoek. “Als we goede onderstammen weten te creëren, is dat misschien een tussenoplossing.”
Internationale samenwerking
Met Nederlandse partijen heeft Dombrovsky geen contact. “Maar we staan open voor samenwerking op dit onderwerp en alle andere aspecten van ToBRFV.” Of Nederlandse zaadpartijen al verder zijn met het eigen veredelingswerk door gebruik van eigen zaadbanken met wilde rassen, weet Dombrovsky niet.
Veel kennis wordt persoonlijk gedeeld met andere onderzoekers, al voor de publicatie van onderzoek. Alle data wordt zo gedeeld met andere landen zodra het beschikbaar is. Binnenkort wordt alle kennis gebundeld. Dombrovsky werkt met andere onderzoekers in het European and Mediterranean Plant Protection Organization (EPPO) aan de definitieve risico-analyse voor ToBRFV met de meest recente inzichten.
Dombrovsky is geïnteresseerd in de combinatie-effecten van ToBRFV met het Pepino-mozaïekvirus. In het najaar kondigde hij aan Mexico te bezoeken. “In Mexico is de uitbraak catastrofaler door de combinatie met Pepino-mozaïekvirus. Ik ga er naartoe om meer te leren over de effecten die de twee virussen op elkaar hebben.” Hij constateert dat ook Europa vaker te maken heeft met het Pepino-mozaïekvirus.