De consumptie van spruiten vertoont al jaren nauwelijks schommelingen. Op andere vlakken gebeurt er wél veel in spruitenland. Zo wordt er volop geëxperimenteerd met nieuwe rassen, verschillende (voor)gaartechnieken en jaarrond telen.
Met de lente in zicht loopt het spruitenseizoen op z’n einde. Het was geen jaar om over naar huis te schrijven. “Met name qua volume,” zegt Ruud den Boer van Oxin Growers. De telersvereniging verhandelt de spruitkool van acht Nederlandse telers. “De zomerstorm en langdurige regenval bemoeilijkten de oogst en hebben de kwaliteit aangetast. In de eerste vier weken van januari lag het volume bijvoorbeeld op de helft van vorig jaar.” Gelukkig maakte de gunstige prijsvorming veel goed. Den Boer: “Normaal ligt de middenprijs rond € 0,50, nu rond € 1.”
Spruitkoolteler René Peters haalde dit seizoen wel 25-30% minder van het veld, schat hij in. Hij verbouwt in het Zuid-Hollandse Woubrugge jaarlijks 60 hectare spruitkool, zes tot acht verschillende rassen per seizoen. “Gelukkig heeft de gunstige prijsstelling de lage opbrengst gecompenseerd. Financieel heb ik uiteindelijk een gemiddeld jaar gedraaid.”
Stabiele consumptie
Hoewel aan de spruitkool lange tijd een oubollig imago kleefde – niet voor niks verwijst de term ‘spruitjeslucht’ naar ouderwetse tuttigheid – weet ook de jonge generatie de groente te waarderen, volgens Peters: “Ik weet van mijn afnemers dat ook veel jonge mensen graag spruiten eten.” De teler heeft sinds hij in 1989 startte met spruitkool geen grote schommelingen gehad in de afname. Ook andere bronnen zien al jaren een stabiele consumptie van de groente. “In Europa wordt 10.000-11.000 hectare spruitkool geteeld, waarvan circa 2.700 hectare in Nederland. Die aantallen zijn de afgelopen jaren weinig veranderd,” aldus Hans Duin van Syngenta. Alleen in België – met gemiddeld 3.000 hectare per jaar de grootste spruitkoolteler in Europa – fluctueert het volgens hem weleens: “Daar wordt vooral geproduceerd voor de verwerkende markt. Als de diepvrieshuizen vol liggen, hoeft er minder geteeld te worden.” Populaire rassen zijn Abacus, Albarus en Solidus. Duin: “De laatste is een nieuw ras voor de B-sortering. Dat is lang houdbaar op het veld en heeft minder bemesting nodig.”
Ook Den Boer (Oxin Growers) bevestigt het beeld dat de afzet ongeveer stabiel is. “Wel groeien wij in areaal, mede door schaalvergroting bij onze telers en de aansluiting van nieuwe telers. We verwachten dit jaar dan ook van 800 naar 1.000 hectare te groeien. De grote telers hebben de ambitie andere afzetmarkten aan te boren dan de traditionele en daarom jaarrond te oogsten. Dat lukt al vrij aardig, afhankelijk van de locatie van de teler.”
Superfood
Volgens Duin wordt onder andere in Engeland een poging gedaan om ook buiten de piek met kerst de spruit te vermarkten. “Na de feestdagen zakt de consumptie daar enorm in. We proberen er nu met andere ketenpartijen door inzet van influencers de consumptie te verlengen.” Jaarlijks gaat zo’n 80% van de Nederlandse spruiten (gemiddeld zo’n 60 miljoen kilo) naar het buitenland. Den Boer: “Naast Engeland zijn ook België, Polen en Italië grote afzetlanden. Veruit het grootste volume, 60% van de export, gaat naar Duitsland. Vooral de grovere B-sortering is daar populair.”
Duin ziet ook een toenemende interesse vanuit de VS. “De vraag is nog altijd klein, maar neemt langzaamaan toe. Mogelijk heeft dat te maken met de gezondheidsvoordelen van spruitkool. In de VS hebben de ‘Brussels sprouts’ net als boerenkool inmiddels de status van superfood.” Met een beetje mazzel waait de trend ook deze kant op. Want de Nederlandse consumptie mag dan stabiel zijn, gemiddeld koopt maar 55% van de Nederlandse huishoudens spruiten. Om de consument tegemoet te komen, wordt momenteel ingezet op het gebruiksgemak. Duin: “De laatste jaren zien we een veranderende vraag. Zo willen retailers graag geschoonde spruiten, dus panklaar.”
Den Boer onderzoekt met zijn telers hoe ze op deze gemaksvraag kunnen inspelen: “Waarde toevoegen aan de spruiten is een grote ontwikkeling. We testen bij telers met gestoomde spruiten en met spruiten die sous-vide gegaard worden. De laatste categorie is vooral in trek bij de horeca. Net als paarse spruiten trouwens.”
Spruiten op stam
Ook teler Peters ontvangt bijzondere verzoeken vanuit de horeca. “Ik heb vorig jaar een tijd spruiten aan de stam geleverd aan een chef. Hij kookte in een chic vegetarisch restaurant in Amsterdam. Hij marineerde de spruiten, grilde ze in de oven en sneed aan tafel de spruiten van de stam; extra beleving voor de gasten. Twee jaar geleden verkocht ook een Haagse supermarkt spruiten op stam. Misschien niet praktisch bij de indeling van je koelkast, maar fotogeniek is het wel.”
Bij de ontwikkeling van nieuwe rassen is die stam een punt van aandacht, vertelt Duin: “Enerzijds moet de plant makkelijk groeien, anderzijds willen we een stevige stam om te voorkomen dat de plant bij de eerste de beste storm omvalt. Maar die eigenschappen laten zich lastig combineren.”
Peters heeft nog geen ras gevonden dat bestand is tegen klimaatverandering en geschikt voor zijn akkers. “Droge zomers zijn hier geen punt, we worden omgeven door zoet water. Maar die regenval is een zware dobber. Afgelopen jaar heb ik financieel dan misschien een prima seizoen gedraaid; qua arbeidsgenot niet. De ergernis zat hoog.”