Vanaf 2025 komt er een CO2-sectorsysteem voor de glastuinbouw. De keuze is gevallen op een ‘vlakke heffing’. Wat de gevolgen van dit systeem zullen zijn voor ondernemers, hangt grotendeels af van de veranderingen in de energiebelasting.
Hoe het sectorsysteem en de energieheffingen voor de glastuinbouw precies zullen worden vormgegeven en zullen samenhangen, wordt pas bekend bij de presentatie van de begroting op Prinsjesdag. Wel is nu al duidelijk dat gas hoe dan ook duurder gaat worden.
Iedereen nablijven
Als het vroeger op school te rumoerig was in de klas, moest iedereen nablijven. Het huidige CO2-sectorsysteem voor de glastuinbouw heeft daar wel wat van weg. Als de sector meer CO2 uitstoot dan het opgelegde plafond, dan betaalt iedereen mee. Dat voelt niet eerlijk, en heel effectief is het ook niet. Daarom wordt vanaf 2025 een individueel sectorsysteem ingevoerd. De bureaus Berenschot en Kalavasta hebben van een aantal varianten de gevolgen doorgerekend voor verschillende typen bedrijven. De keuze was grofweg tussen een vlakke heffing of een heffingsvrije voet. Het ministerie van LNV heeft gekozen voor een vlakke heffing vanaf 2025; de optie waar ook de glastuinbouwsector de voorkeur voor had. Elke ton CO2-uitstoot wordt evenveel belast, of bedrijven nu veel of weinig uitstoten. En er komt geen heffingsvrije voet.
Sectorsysteem sluitpost
Hoe hoog de heffing gaat worden, moet het ministerie van LNV nog vaststellen. “Het is een prikkel die past bij de glastuinbouwsector”, zegt Alexander Formsma, beleidsspecialist Energie bij Glastuinbouw Nederland. “Hij is niet afhankelijk van marktwerking zoals bij het Europese ETS-systeem.”
De heffing van het CO2-sectorsysteem is te zien als een sluitpost. Hoe hoger de gasprijs en de energiebelastingen, hoe lager de heffing mag zijn om het emissiedoel te bereiken. Maar voordat de hoogte daarvan kan worden vastgesteld, moet eerst bekend zijn wat er met de Energiebelasting gaat gebeuren. De heffing moet in elk geval hoog genoeg zijn om de glastuinbouwsector te dwingen om de emissie van broeikasgas in 2030 te reduceren tot 4,3 Mton.
“Het is wel essentieel dat er een verlaagd tarief voor tuinbouw ketelgas blijft bestaan, zodat de kleinere verbruikers zonder wkk ontzien worden”, vindt Formsma. Sinds de liberalisering van de energiemarkt betalen extensieve bedrijven het meeste belasting, omdat zij vrijwel volledig in de eerste tariefschijf vallen. Deze bedrijven hebben ook geen wkk, waardoor ze alleen de lasten van de hoge energieprijzen ervaren en geen gebruik kunnen maken van die hoge prijzen voor teruglevering van elektriciteit.
Daarentegen betalen onbelichte bedrijven met een wkk-installatie relatief weinig belasting, omdat zij een vrijstelling hebben op hun wkk voor de elektriciteit die zij invoeden. Belichte bedrijven moeten vanaf 2025 wel belasting betalen over de elektriciteit waarmee ze belichten. Hoe dan ook, het gebruik van de ketel zal altijd duurder zijn dan van de wkk.
Energiekosten stijgen 40%
In zijn rapport verwacht Berenschot dat de kosten voor energie in de hele glastuinbouw in 2030 ongeveer 40% hoger zullen liggen dan nu. Dat zijn tientallen miljoenen extra, vooral als gevolg van de fiscale maatregelen. Met name doordat het verlaagde tarief voor ketelgas en de vrijstelling voor wkk-gas voor eigen belichting worden afgebouwd. Overigens heeft de ’schokkende’ impactanalyse geleid tot een gefaseerde afbouw in vijf stappen tot 2030.
Zonder deze maatregelen zouden de kosten voor aardgas waarschijnlijk dalen. ‘De aangekondigde fiscale maatregelen zullen aanzienlijk zwaarder drukken op de energiekosten dan het CO2-sectorsysteem’, voorziet Berenschot. Andersom geredeneerd: ook ondernemers die al gunstig gas vooruit hebben ingekocht, kunnen na 2025 toch tegen een forse verhoging van de kosten aanlopen.
Spannend wat fiscale maatregelen gaan doen
“Het is spannend wat de fiscale maatregelen gaan doen”, vindt Formsma. “Gas wordt veel duurder, dat is wel duidelijk. Maar hoeveel duurder? Dat hangt af van de combinatie met de andere maatregelen zoals het CO2-sectorsysteem.”
Het Belastingplan dat werd gepresenteerd op Prinsjesdag 2022 gaf daar al een idee van. De Opslag Duurzame Energie zou verdwijnen, en daarvoor in de plaats zouden de Energiebelastingen fors omhoog gaan. In de voorjaarsnota zijn echter weer aanpassingen aangekondigd. Hoe deze concreet zullen uitpakken wordt pas duidelijk op de derde dinsdag van september, wanneer de nieuwe begroting wordt gepresenteerd.
Wageningen Economic Research berekende eerder al dat de energiebelastingen de glastuinbouw € 840 miljoen zouden kosten. Als het CO2-sectorsysteem daarbij wordt opgeteld zou dat op € 1 miljard komen. Formsma verwacht niet dat de soep zo heet wordt gegeten. “Ik ga ervan uit dat het ministerie toewerkt naar bedragen die in het coalitieakkkoord zijn genoemd. Daar gaat het om 33 miljoen voor het afschaffen van het verlaagd tuinbouwtarief en 100 miljoen voor het afschaffen van de wkk-vrijstelling. Dit is nog steeds een fors bedrag, maar heel andere koek dan € 1 miljard. Hier valt mee te leven.”
Goed nieuws
De Voorjaarsnota bevatte op een aantal punten goed nieuws. Zo is het emissiedoel van de sector vastgesteld op 4,3 Mton CO2 in 2030. “Dat is binnen de bandbreedte van het convenant”, zegt Formsma. “Het kabinet zoekt extra megatonnen, maar die hoeven dus niet uit de glastuinbouw te komen.”
Verder krijgt de glastuinbouw uit het Klimaatfonds € 300 miljoen voor de aanleg van warmte-infrastructuur. Dat is gunstig, want de infrastructuur is niet met SDE-subsidie te financieren. De EG-subsidie, waar bijvoorbeeld ledlicht uit wordt gesubsidieerd, wordt opgehoogd met € 200 miljoen. Dit bedrag worden uitgesmeerd over de periode tot 2030.
De SDE-subsidie voor luchtwaterwarmtepompen wordt opengesteld voor de glastuinbouw. Nadeel is dat de referentie gebaseerd is op de prijs voor ketelgas, dus bedrijven met WKK zullen er niet snel aan beginnen. Industriële warmtepompen hebben een betere referentie, maar daar mag de glastuinbouw geen aanspraak op maken. Glastuinbouw Nederland is hierover nog in overleg.
Compensatie bestaande warmteprojecten
Ook komt er, tegen de verwachting in, € 60 miljoen beschikbaar om bestaande warmteprojecten te compenseren voor het wegvallen van de SDE-subsidie in 2023. Of de sector hier echt iets aan heeft, hangt af van de uitwerking.
In het Energieconvenant is afgesproken dat het geld uit de vlakke heffing wordt ingezet in de energietransitie van de glastuinbouw. In de Voorjaarsnota staat echter een zinnetje dat het geld terugvloeit naar de algemene middelen. “Ik weet niet of dat een fout is, maar het is niet de afspraak die we in het energieconvenant hebben gemaakt”, zegt Formsma. “Hierover zijn we in overleg met het ministerie.”
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/