‘Ik wil groei bovenin houden’

“Het gewas staat zeer naar wens en groeit erg goed. De vruchten zijn veel grover dan vorig jaar”, zegt Ferry Adegeest van TVA-Growers uit Berkel en Rodenrijs.

Hij teelt los geoogste tomaten van het ras Arvento op onderstam Emperador (plantdatum 24 december). Al weken is het gemiddeld vruchtgewicht 90 tot 95 gram, 5 tot 10 gram meer dan gemiddeld in de vergelijkingsgroep. “We hebben ruim een week later extra stengels bijgemaakt en in plantbelasting lopen we iets achter, maar in kilo’s hebben we niet minder geplukt dan vorig jaar. En de doorkleuring is ook geweldig.”

Grote vochtinvloed

Eind week 16 was de plantbelasting 163 stuks per vierkante meter.  Door de latere plantdatum heeft hij vol gas kunnen geven en een groter temperatuurverschil tussen dag en nacht kunnen handhaven. “Ik wil groei bovenin houden en tempo maken zodat de tomaten niet gaan stapelen.” Op mooie dagen mag de temperatuur hoog oplopen. De stooklijn staat overdag op 18,5 graden. De luchtlijn wordt voor een klein deel verhoogd onder invloed van licht en voor het grootste deel door de luchtvochtigheid. “Onder een rv van 75 procent mag de temperatuur doorlopen tot 29,5 graden.” De voornacht van 14 graden staat er tussen 20 en 23 uur in. De nachttemperatuur wordt langzaam verhoogd naar 19 graden bij zonsopgang. Adegeest schermt nog steeds. “Ik wil dat de plant warm de nacht uitkomt. Zonder scherm lukt dat niet altijd omdat de maximumbuis begrensd is op 50 graden. Schermen is geen probleem zolang het gewas goed groeit en we zo weinig Botrytis hebben.”

De ec in de mat is langzaam gezakt naar 4 bij een druppel-ec van 3. Sinds week 16 geeft hij ook een avondbeurt. “Het duurt anders te lang voor we terugkomen. Het watergehalte teert zo toch nog 15 tot 20 procent in. De matten liggen op de grond en dus schever en we hebben een droog substraat.”

Met het gewaswerk is het nu redelijk rustig. “We hebben twee blaadjes ertussenuit gehaald ter hoogte van de aangehouden dief. Dat geeft nu meer rust.” Hij is net begonnen met het knippen van de leeggeplukte trossen. “Dat doen we tot 1 augustus. Als ze daarna nog gaan rotten bereikt het meestal de stam niet meer.” Adegeest probeert er om de week langs te gaan, zo snel mogelijk na het leegplukken. “Als je verse trossen knipt krijg je minder snel Botrytis.”

Lage plaag- en ziektedruk

Op dit moment is de Botrytis-druk bijzonder laag. “Ik heb twee planten op 3 hectare gezien. Ik heb dus een goede indruk van het nieuwe middel Luna.” Hij heeft Luna Privilege (werkzame stof fluopyram) tot nu toe een keer gedruppeld in de voorgeschreven concentratie van 1 liter per hectare. Het zou een werking hebben van zeker zes weken. Hij heeft ook al een keer Scala gespoten.  Beide toepassingen worden nog een keer herhaald. “Je mag Luna maximaal vier keer per jaar toepassen maar dan wel afgewisseld met een actieve stof uit een andere chemische groep.”

Van plagen is er ook nog weinig te zien, behalve in een hoek van een paar duizend vierkante meter. Daar heeft hij Oberon gespoten omdat de wittevliegdruk te hoog werd. Hij heeft al veel Encarsia-sluipwespen ingebracht, in week 16 gevolgd door een mix van Encarsia en Erethmocerus. De Macrolophus ziet hij nog niet terug. “Op aanraden van de voorlichter voer ik ze iedere week bij. Voorgaande drie jaar wilde Macrolophus maar niet aanslaan bij ons, terwijl we nauwelijks middelen gebruiken.” Voor het tweede jaar hangt Adegeest ook gele vanglinten op. “Die vangen heel veel weg. Ze hangen in die zes tralies met wittevlieg nu in ieder pad.”