“Het gewas staat er goed bij, maar ik moet uitkijken dat het niet teveel gaat groeien”, zei aubergineteler Piet van Onselen in ‘s-Gravenzande halverwege vorige week.
Hij heeft wekenlang gemiddeld ruim 2 kilo per vierkante meter geoogst (ras Bartok op onderstam Kaiser). Maar vorige week verwachtte hij niet verder te komen dan 1,7 kilo. Behalve dat de plantbelasting lager is geworden was het in week 22 behoorlijk donker, waardoor er hier en daar een bloemetje afviel. Bovendien zijn de vruchten minder grof geworden waardoor de neiging bestaat jonger te gaan knippen. De plantbelasting gaat dan nog verder naar beneden en daardoor krijg je zo maar te veel groei, oppassen dus. Tot eind week 22 was het gemiddeld vruchtgewicht 320 tot 340 gram. Nu is dat 300 tot 310 gram.”
Generatief sturen
Om generatief te sturen lucht Van Onselen nu meer af en probeert hij de nachttemperatuur onder 18 graden te houden. In de donkere week realiseerde hij een gemiddelde etmaaltemperatuur van 19,5 graden. Bij zonnig weer haalt hij nu 23 graden. In de ochtend teelt hij luchtig, pas in de tweede helft van de middag gaat hij ‘potten’. Een half uur voor zonsondergang gaan de ramen open voor een voornacht van 16 graden tot 1 uur ’s nachts. In de ochtend heeft hij er een minimumbuis van 45 tot 50 graden in staan, afhankelijk van de vullingsgraad van de warmtebuffer. “Dat we op de Meloenlaan geen Ocap-CO2 hebben is een beperkende factor. Op zonnige dagen haal ik overdag voor het potten maar een concentratie van 380 ppm. Aan de Naaldwijkseweg hebben we wel Ocap-CO2 en komen we aan 500-600 ppm. Daar staat het gewas ook altijd gemakkelijk generatiever, mede door het Cristal Clear glas.”
Iedere maand toppen
De start- en stoptijden van de watergift worden voornamelijk geregeld via de watergehaltemeter van het substraat. Bij zonnig weer realiseert hij 30 procent drain, maar op donkere dagen wil hij overdag niet meer dan 10 procent drain zien. In de nacht teert de steenwol 8 tot 10 procent in. Het gewas staat bovenin mooi gelijk. Iedere maand topt hij 40 tot 50 procent van de koppen. “Dat kost niet merkbaar productie, maar als je in het najaar een dakje moet gaan maken verlies je wel veel. Nu scheelt het hooguit wat grofheid en dat is eerder een voordeel dan een nadeel.”
Nauwelijks overmatige wortelgroei meer
Op het gebied van de gewasbescherming gaat het erg goed. “We hebben een enkele behaarde wantsen gezien. Maar ik heb een paar goeie draaiers lopen die ze altijd als eersten zien en dat melden.” Dit jaar zijn er bijzonder weinig problemen met overmatige wortelgroei. “Er schijnen enkele matten te liggen, maar ik moet de eerste nog vinden. Daar ben ik blij om want anders wordt het wel heel moeilijk het gewas generatief te houden.” Goede hygiëne en consequent mee druppelen van hypochloriet en nu waterstofperoxide lijken de sleutel voor dit succes. “Het is ongelooflijk. Twee jaar geleden hadden we bijna 100 procent besmetting. Vorig jaar was het al minder en nu is het vrijwel nul.”