“Het is een redelijk tot mooi voorjaar”, stelde Tim Groot midden vorige week vast, “maar het begint wel wat droog te worden.” Het is echter geen sprake van urgentie, want de vroegste teelten kunnen het onder vliesdoek nog wel even uitzingen.
“De eerste drie plantingen – vanaf week 11 – liggen onder doek, de volgende teelten niet meer. Die staan toevallig op opdrachtige grond, daarom hebben ze ook voldoende vocht tot hun beschikking.”
Wildnetten leggen
Wat wel al direct meer aandacht vraagt, is het wild. “De druk daarvan verschilt per jaar. Sinds vorig jaar zijn we gestart met wildnetten leggen. Die liggen nu op twee plantingen, dat is ook gunstig voor de aanslag van de planten. De planting van vorige week (week 15) is de eerste zonder enige afdekking. Komt daar wild in, dan halen we het net van een eerdere planting af en leggen het om.”
Hoofdras Ironman
Groot kiest al een aantal jaren niet meer voor de vroegste rassen. “Daar komt meestal niet de kwaliteit vanaf zoals we die willen hebben. We starten met Ironman, dat is ook ons hoofdras. Ik ga ervan uit dat we in de tweede week van juni kunnen starten met snijden.”
Bemesting en onkruid
De teelt staat hoofdzakelijk op kleigrond, die aan de basis volvelds wordt bemest met KAS. Voor de vroegste teelten gaat er als basisbemesting zo’n 150 kilo zuivere stikstof per hectare op, met een aanvullinkje na de verwijdering van het doek. De onkruidbestrijding op de voor de eerste teelten gebruikte lichtere gronden voert Groot uit met Butisan S plus 0,1 liter Centium. “Dat volstaat.”
Auteur: Joost Stallen