Met een gestegen inflatieverwachting is er mogelijk meer nodig om koopkrachtverbetering te bereiken voor personeel in de glastuinbouw. Die ruimte is er bij de bedrijven, denkt CNV. Werknemers en werkgevers liggen in de cao-onderhandeling met een looneis van 6% en loonbod van 2,25% behoorlijk uit elkaar.
Een loonbod zal zeker boven de 4% moeten liggen, rekent CNV-onderhandelaar Jeroen Warnaar voor. De voorspelde inflatie voor dit jaar van iets boven de 3% moet al worden bijgesteld. Deze gaat eerder naar 4% en daar zijn de effecten van de naderende handelsoorlog niet in meegeteld. “Er spelen dingen in de wereld met een opdrijvend effect. Het is afwachten, maar een handelsoorlog die op punt staat te beginnen, heeft meestal geen drukkend effect op inflatie. Dat zal eerder toenemen. De inflatie zal minimaal tussen 3,5 en 4 procent uitkomen. Dan heb je alleen inflatiecorrectie en nog geen koopkrachtverbetering voor je medewerkers.”
De bonden zien ook dat glastuinbouw uit steeds meer grote bedrijven bestaat, met aandeelhouders op afstand. “Daar zie je zeker dat meer winst naar aandeelhouders gaat. We vinden in ieder geval dat er ruimte is voor inflatiecorrectie en er iets extra’s bovenop te doen.”
Sneller overwerk uitbetalen
De vakbonden hebben met 6% (CNV) en 7% (FNV) een flinke looneis neergelegd bij werkgevers. Het verschil in looneisen volgt uit de eindejaarsuitkering die bij CNV-leden is gedaan. De bonden willen over die looneis wel onderhandelen als er op kwalitatieve punten toezeggingen komen van werkgevers. Zo zijn zij tegen een lagere overwerkvergoeding voor alle medewerkers. Daarmee willen werkgevers de effecten opvangen die volgen uit een gerechtelijke uitspraak waarbij parttimers sneller een overwerkvergoeding krijgen. Warnaar: “Dat mag niet ten koste gaan van voltijdsmedewerkers.”
Uitzendbureaus onder cao brengen
Ook willen de bonden dat werkgevers bewegen in de discussie over een soepeler overgang van uitzendkrachten naar een direct dienstverband. De bonden hebben bovendien in hun eisen concreter opgenomen dat uitzendbureaus van tuinbouwbedrijven gewoon onder de tuinbouw-cao gaan vallen, in plaats van de uitzendcao. “Het personeel van deze uitzendbureaus krijgt dan ook recht op subsidies voor scholing en dergelijke. Nu hebben ze qua loon wel dezelfde rechten, maar op andere gebieden worden ze niet hetzelfde behandeld.”
Op 7 mei is een nieuwe afspraak gemaakt voor cao-overleg. Daarmee is de huidige cao verlopen per 1 april. De bonden willen een snelle uitkomst, omdat werkgevers minder geneigd zijn met terugwerkende kracht loonsverhogingen uit te keren. Het is uitgesloten dat voor die tijd de druk wordt opgevoerd met bijvoorbeeld acties. Warnaar: “We zijn nog in gesprek, pas als de werkgevers zeggen dat dit een eindbod is, komt dat in beeld. Ze hebben gezegd terug te gaan naar hun achterban. We hopen dat dit dan tot een beter bod leidt.”
Werkgevers: bod naar 3%
De onderhandelingen voor een nieuwe glastuinbouw-cao verlopen moeizaam, erkent Glastuinbouw Nederland. Toch doet het aanbod recht aan de positie van werknemers, stelt de brancheorganisatie. De afgelopen jaren zijn de arbeidskosten, energieprijzen en kosten voor verduurzaming flink gestegen. “In dat licht bezien is een loonbod gedaan van 2,25% voor de loonschalen C tot en met H voor een cao van één jaar. Dat resulteert in een gemiddelde cao-verhoging van rond de 3%”, stelt Glastuinbouw Nederland.
Voor de werkgevers is de overwerktoeslag een lastig punt. De gevolgen van deze regels betekenen volgens de organisatie een forse kostenstijging. “De glastuinbouw werkt niet alleen met veel parttimers, maar kent ook drie roostervormen: regulierrooster, JaarUrenModel en ploegendienst. Aan werkgeverszijde willen we dit onderwerp goed uitwerken en de gevolgen in kaart brengen”, zo laat de organisatie weten.
“We willen de stap zetten naar een voor iedereen gelijke overwerktoeslag. Ongeacht de afgesproken arbeidsduur krijg je dan voor overwerken dezelfde toeslag. Een belangrijke, maar technisch moeilijke stap die het gevolg is van Europese regelgeving”, zegt Ilse Lensink, voorzitter van de cao-onderhandelingsdelegatie van de werkgevers.
