Het is mooi dat het Ctgb het voorstel van Staatssecretaris Bleker overneemt om de besluitvorming over de middelen uit de lijst RUB (Regeling Uitzondering Bestrijdingsmiddelen) uit te stellen tot 1 januari 2014. Althans op zwavelzuur en Asepta slakstop na dan, die per 1 juli 2012 zijn ingetrokken.
Voor de overige middelen van de RUB lijst (veelal laag risicomiddelen) heeft het bedrijfsleven tot 1 juli 2015 gelegenheid om een goedkeuring of toelating te krijgen. Dat heeft te maken met de mogelijke aflever- en opgebruiktermijn van achttien maanden na 1 januari 2014. Even lucht dus, in ieder geval voor de gebruikers! Maar mínder voor de producenten van deze middelen. Want zoals het er nu naar uitziet, gaat voor de middelen uit de huidige RUB lijst vrijwel dezelfde toelatingsprocedure gelden als
voor die van synthetische gewasbeschermingsmiddelen, dat wil zeggen toelating per werkzame stof. Dat wordt dan voor veel gewasbeschermingsmiddelen van natuurlijke oorsprong een onbetaalbare en langdurige procedure. Want die zijn vaak complex van structuur en werken in tegenstelling tot synthetische middelen veelal op basis van meerdere stoffen die elkaar bovendien ook wel versterken.
Van veel van die stoffen is de werking niet of niet precies bekend. De natuur geeft haar geheimen nu eenmaal niet gemakkelijk prijs.
Groot dilemma
Voor gewasbeschermingsmiddelen van natuurlijke oorsprong eenzelfde toelatingsprocedure voorschrijven als die voor synthetische middelen betekent voor veel producenten en leveranciers van eerstgenoemde middelen een onnodig groot dilemma. Natuurvriendelijk hobbytuinieren en biologische land- en tuinbouw worden er zacht gezegd ook niet mee bevorderd, terwijl die tegenwoordig in binnen- en buitenland zo sterk in opmars zijn. Steeds meer mensen beseffen, dat synthetische gewasbeschermingsmiddelen schadelijk zijn, het ene meer, het andere minder, ook al zijn ze officieel
toegelaten en worden ze volgens voorschrift toegepast! Maar het Ctgb lijkt zich bij de komende besluitvorming ten aanzien van de RUB middelen te willen beroepen op de nieuwe EU-verordening 1107/2009 en op de Europese stofbeoordelingsprogramma’s die momenteel worden ontwikkeld.
Grote spelers
In het algemeen maatschappelijk belang en voor mens en natuur in het bijzonder zou het Ctgb naar mijn mening juist moeten werken aan een oplossing, die natuurvriendelijk hobbytuinieren, biologische land- en tuinbouw, het milieu en de natuur in het algemeen ten goede komt. Dat kan door voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen van natuurlijke oorsprong een geheel geëigende benadering te ontwikkelen, die ook haalbaar en betaalbaar is voor de producenten en gebruikers van deze middelen.
Aan de grote spelers in de EU als Duitsland en Frankrijk, zal het denk ik niet liggen. Beide landen bevorderen de biologische land- en tuinbouw. En met succes!
Meer de boer op
Misschien moeten biologische boeren- en tuinders en ook natuurvriendelijke hobbytuinders – hoewel zij hun aandacht misschien vooral op ziekten-, plagenen onkruidpreventie en robuuste rassen en gewassen richten (!) – meer laten zien, wat biologische gewasbescherming voor hen betekent. En andersom zou
het Ctgb wat dat betreft ook meer de boer op kunnen gaan. Want de ontwikkelingen op dat gebied staan bepaald niet stil. Dat zal naar ik verwacht ook blijken op de workshop die hier over op de komende BioVak op 23 en 24 januari 2013 in het IJsselhallencomplex in Zwolle gepland staat (BioVak is de
vakbeurs voor de hele biologische duurzame keten; Zie www.biovak.nl). Ook op de Volkstuinvakbeurs GroenePassie (22 t/m 25 november 2012, Americahal, Apeldoorn; www.groenepassie.nl), een vakbeurs in samenwerking met onder andere Boerenbond en Welkoop, AVVN (Algemeen Verbond van
Volkstuindersverenigingen in Nederland), de Bijenstichting (2012 is uitgeroepen tot het jaar van de Bij) en mediapartner Groei & Bloei voor iedereen die belangstelling heeft voor natuurvriendelijk hobbytuinieren, zal dit onderwerp aandacht krijgen. Want het leeft!