‘Grote gele platen vangen meer weg’

Het gewas bij Cock van Schie in Kwintsheul staat er nog fris bij, en is er klaar voor om ook grotere zomerse hitte aan te kunnen.

“Arvento is ook een ras dat warmte nodig heeft. In het voorjaar, met koele buitentemperaturen en lagere etmaaltemperaturen, merkte je dat hij wat trager was. Het gewas bleef dunnelijk en je zat te kijken waar de groei bleef.  Maar nu de buitentemperaturen stijgen, begint hij ineens te groeien. Sommige rassen branden juist af met warmer weer, maar Arvento vindt het zonnetje heerlijk.”

Hij verwacht dan ook weinig problemen met de opgegeven hittegolf. “Mocht het ’s middags toch te heet worden, en de koppen laten zien dat ze moeilijk hebben, dan gaat de CO2 uit. Maar anders blijven we gewoon CO2 doseren.”

Behoorlijke productie

De plantbelasting zit op 210 vruchten per vierkante meter. “En als je ziet hoe hard het doorkleurt, dan ziet het er naar uit dat we de komende tijd behoorlijk productie gaan halen.” De kwaliteit van de geoogste vruchten is prima, met een vruchtgewicht van 94 gram.

Vocht houden

Volgend op een voornacht van 13 graden Celsius gaat de nanacht naar 17,5 graden. Na een ochtenddip van 16 graden gaat de ingestelde temperatuur dan weer naar 17 graden. Vanaf 9.00 uur wordt die verhoogd naar 20 graden Celsius, waarbij er 4 graden op licht en 4 graden op lichtsom bij mag komen.

“Vanaf 17.00 uur of 17.30 uur, als de kracht van de zon weg, is gaan we aan de windkant langzaam knijpen om vocht te houden. Alleen als de temperatuur te ver oploopt, blijven de luchtramen toch open staan. De ventilatie gaat om 21.30 uur naar de voornacht, waarbij de ramen afhankelijk van het vocht langzaam open gaan.”

“Je merkt de laatste dagen dat het vocht iets hoger wordt en makkelijker op niveau blijft. Eerder was je het vocht direct kwijt zodra je het lucht open begon te zetten.”

Op tijd drain

De watergift start 7.45 uur en gaat door tot 20.00 uur of 20.30 uur. Met hete dagen kan dat vervroegd of langer doorgetrokken worden. “We zorgen dat we om 10.00 uur drain over de eerste beurt heen hebben gehad, zodat er voor de planten dan al voldoende drain is om de dag door te komen.

Grote vangplaten

Aan plagen zat er een plek wittevlieg, maar die is na het ophangen van vanglinten weer weg. Er zit ook veel Macrolophus. Van Schie heeft ook veel last van Tuta absoluta gehad. “Je komt er nu nog best heel wat tegen, maar het neemt nu wel af. Je moet het goed bijhouden met spuiten.”

De feromoonvallen zaten regelmatig helemaal vol. Daarom heeft hij de gebruikelijke witte signaleringsplaatjes vervangen, en de capsules met lokstof op een grote gele vangplaat op de substraatmat aangebracht. “Die gele platen zijn groter en plakken veel sterker. Daarmee ruim je veel meer Tuta’s op.”