Grootontvangers GMO-subsidie kregen fors meer

Dat blijkt uit een overzicht van de Europese Commissie op basis van gegevens van afzetorganisaties in de lidstaten.

De omvang van de totale Europese programma’s voor groente en fruit, waarop EU-landen de subsidie gemeenschappelijke marktordening (GMO) aanvragen, was in 2020 € 1,7 miljard. De producentenorganisaties in de drie grootste landen (Spanje, Italië en Frankrijk) dienden opgeteld voor ruim € 1,3 miljard aan programma’s in voor subsidie-aanvraag. Al deze landen dienden voor 12 tot 16% meer in ten opzichte van het gemiddelde over de periode 2015 tot en met 2019.

Nederland vraagt meer GMO-subsidie aan in 2022

Nederland had in 2020 een beperkt aandeel in deze regeling en kende € 50 miljoen aan programma’s voor GMO, door een nasleep van uitvoeringsproblemen. Duitsland heeft Nederland met € 105 miljoen ingehaald en zag het totaal van de programma’s in 2020 groeien met 18%.

Sinds dit jaar neemt Nederland weer een grotere hap uit het EU-programma GMO. In 2022 is voor € 120 miljoen aan programma’s ingediend door Nederlandse organisaties (€60 miljoen is toegekend).

Minder telers in producentenorganisaties

Het aantal telers in een producentenorganisatie daalt in de EU, maar de waarde van de vermarkte productie stijgt. Dit wijst op een verhoogde concentratie. In totaal is 46% van de EU-productie (in waarde) ondergebracht bij een productenorganisatie. Spanje kent 336 producentenorganisaties voor groenten en fruit. In Nederland zijn nu 9 erkende producentenorganisaties voor de regeling. 31% van het EU-areaal is ondergebracht bij een producentenorganisatie in het GMO-programma.

Nog vooral een investeringsvehikel

Het GMO-programma maakt steun mogelijk in marktordening. Zo wordt steeds meer geld in milieuzaken gestoken. In 2020 was dat 11% (zie diagram). De Europese Commissie wil dat percentage verhogen na de herziening van het Europese landbouwbeleid.