Een professor Communicatiewetenschap die haar kennis toepast in stripfiguurtjes om kinderen aan de groente te krijgen. Een bewonderenswaardig voorbeeld van wetenschap die niet observerend aan de zijlijn blijft staan. Een druppel, desalniettemin, op een gloeiende plaat.
Moniek Buijzen spreekt overmorgen haar oratie uit als hoogleraar Communicatiewetenschap aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Ze gaat het daarbij ook hebben over de Groentefroetels. Samen met Simone de Droog, docent bij dezelfde universitaire vakgroep, bedacht ze deze stripdiertjes die dol zijn op elk hun eigen groente danwel fruit.
Vanaf volgende week zijn deze Groentefroetels onderdeel van een Rotterdamse gezondheidscampagne op dertig basisscholen. De verhaaltjes over de geinige beestjes die zich lens knagen aan appels, sla of broccoli moeten daar de kinderen voor overgewicht behoeden: voorgelezen worden over een wortelknagend konijn schijnt de eigen wortelconsumptie van het kind zomaar te kunnen verdubbelen.
Elke hulp om de inname van groente en fruit per Nederlander op te krikken is natuurlijk meegenomen. Maar de beide communicatiewetenschappers weten ongetwijfeld zelf het beste hoe moeilijk het is om de moderne mens (of die nu 4 is of 40) blijvend te overtuigen van nut en noodzaak zich een wat ander eetpatroon eigen te maken. De Groentefroetels deden me meteen terugdenken aan de Noepies van veiling Fruitmasters, de groentestrip van To en Tom van tuindersvrouw Lieneke Oosterom en Fred en Ed van The Greenery. Allemaal druppels op de gloeiende plaat van het consumentenbrein, oververhit door het nimmer aflatende marketingbombardement van de snoepindustrie.
Professor Buijzen heeft een naar verluidt nogal flinke Europese subsidie in de wacht gesleept voor het op poten zetten van een gezondheidsprogramma voor kinderen. Gezonder eten en meer bewegen. Na de zomer gaat ze drieduizend jongeren drie jaar lang volgen. Da’s mooi: dan weten we straks nog wat preciezer hoe heet die gloeiende plaat nu werkelijk is. En of er misschien ook iemand wat kan doen aan het vuurtje dat er onder brandt.