De markt van bedrijfsfinanciering is sterk in beweging. Omdat banken niet meer automatisch financieren, komen er steeds meer partijen? op de markt om die rol gedeeltelijk over te nemen.
Als het gaat om financiering van een bedrijf komt steeds vaker de optie gestapeld financieren naar voren. Het is een manier om met behulp van meerdere financieringsvormen de totale financieringsbehoefte rond te krijgen.
Terughoudendheid banken
Banken zijn nog steeds de grootste financiers van bedrijven. Ongeveer 70 procent van alle bedrijfskredieten en leningen is van banken. Maar door een grotere terughoudendheid van banken bij het verstrekken van leningen, moeten bedrijven in de agrarische sector vaker op zoek naar andere financiers.
Alternatieve financieringsvormen
De markt van alternatieve financieringsvormen is in een paar jaar tijd sterk gegroeid. Van crowdfunding, kredietunies, participatiemaatschappijen tot factoring en leasing. Het lijkt alsof alles mogelijk is: crowdfunding om een nieuw product in de markt te zetten, leasing voor nieuwe bedrijfsmiddelen, subsidies voor innovaties gecombineerd met een rekening courant krediet om hobbels in de groei op te vangen.
Gestapelde financieringen
Banken hebben geen enkel probleem met gestapelde financieringen. Integendeel, banken hoeven niet de hoogste risico’s te nemen, maar hebben wel de zekerheden die ze altijd al hadden. De andere investeerders hebben die zekerheden veelal niet en stappen in een project op basis van een mooi plan.
De bankensector juicht gestapelde financieringen toe. Het risico komt deels bij andere partijen te liggen, terwijl de zekerheden voor de bank blijven.
Foto: ANP
Alternatieven niet altijd geschikt
Toch is het niet zo dat de ondernemer kan kiezen tussen de aanbieders, zeker niet in de landbouw. Lang niet alle financieringsalternatieven zijn geschikt voor de agrarische sector.
Hoge financiering en lage marges
“De agrarische sector is anders dan het gemiddelde mkb-bedrijf, de sector heeft te maken met hoge financiering in combinatie met lage marges”, zegt agrarisch financieel adviseur Pieter van Rijbroek (van Rijbroek Financieel Advies). “De gemiddelde particuliere investeerder ziet lage marges helemaal niet zitten, en zal daar niet in stappen. Dergelijke investeerders willen juist snel – veel – geld verdienen en dat is vrijwel onmogelijk in de agrarische sector.”
Geen vertrouwen in de waarde van het onderpand
Volgens Van Rijbroek blijft de bank hoe dan ook altijd de basis voor bedrijfsfinanciering, het probleem is alleen dat banken steeds huiveriger zijn geworden omdat men de waarde van het onderpand niet meer vertrouwd. “Ze zijn kopschuw geworden van taxaties uit het verleden, waarbij nu de werkelijke opbrengstprijs fors lager is. Een varkensbedrijf dat getaxeerd was op € 1 miljoen levert bij een executie mogelijk maar € 400.000 of € 500.000 op, als het al verkocht wordt. Daar moet een bank zwaar op afschrijven.” Het gevolg is dat makelaars heel voorzichtig zijn geworden met hun taxatie.
Door taxatie bijna onverkoopbaar
Een voorbeeld uit de praktijk van Van Rijbroek is een vleeskuikenhouderij waarvan de stallen in 2011 op € 1,2 miljoen waren getaxeerd. In de afgelopen jaren zijn deze stallen voor ruim een half miljoen verbouwd tot duurzame stallen. Vervolgens werd het bedrijf door dezelfde makelaar getaxeerd op niet meer dan € 580.000.
Van Rijbroek: “Volgens de makelaar was dat de waarde van het bedrijf op de markt. Dus bijna onverkoopbaar. Als ondernemer moet je dan wel ver bovengemiddeld draaien om met succes bij de bank aan te kunnen kloppen.” Een uitzondering maakt de financieel adviseur voor de akkerbouwsector. “Akkerbouwers hebben minder problemen; ze hebben grond die veel waard is, dat geeft zekerheid.”
Familielening en CV
De eerste groep financiers waaraan gedacht moet worden naast de bank is familie. In de agrarische sector is de lening door familie al heel gebruikelijk. Veel ouders, maar ook broers en zussen, lenen geld aan de bedrijfsopvolger om het hem of haar mogelijk te maken het bedrijf voort te kunnen zetten. Ook vrienden en bekenden kunnen hiervoor in aanmerking komen. Voordeel van het lenen van familie/vrienden is dat het vaak kan tegen een lage rente. Het is voor de financiers aantrekkelijk omdat de rente hoger is dan de spaarrente bij de bank.
Crowdfunding
Een financieringsmethode die erg in opmars is, is crowdfunden, een financiering door burgers en vermogende bedrijven van – een deel van – het bedrijf. De ondernemer maakt een investeringsplan en biedt dat aan op een crowdfundingsplatform op internet. Er zijn verschillende van dergelijke sites, zoals Collin Crowfund, Symbid, Kapitaal op Maat en Farmersfunding. Rente, looptijd en benodigd kapitaal staan met een verkooppitch op de site. Idee is dat veel investeerders van relatief kleine bedragen het mogelijk maken een plan volledig te financieren.
Agrarische sector niet geschikt voor crowdfunding
Volgens Van Rijbroek is de agrarische sector niet echt geschikt voor crowdfunding. “Het is wel een van de weinige alternatieven naast een bancaire financiering, maar men is erg terughoudend om ‘open en bloot’ op internet te gaan. Je bedrijf op zo’n site zetten voelt als bedelen om geld, een boer wil niet het beeld creëren dat hij het niet rondkrijgt bij de bank.” Hoewel veel projecten snel vollopen bij crowdfunding is succes niet gegarandeerd. “Ik heb een paar weken geleden een varkenshouder op een site zien staan, die een aanvullend bedrag wilde binnenhalen voor zijn varkenshouderij naast geld van de Rabobank. Opeens was hij verdwenen van de site, dat is dus waarschijnlijk niet gelukt.”
Samenwerking met leveranciers
Een alternatieve financieringsmogelijkheid kan een samenwerking met (voer)leveranciers zijn. Ook al staan leveranciers zich er niet op voor om als financier op te treden, in de praktijk gebeurt dat wel degelijk. Van Rijbroek komt het in zijn praktijk regelmatig tegen. Bij dergelijke situaties gaat het vaak om – door omstandigheden – uitgestelde betalingen, op een gegeven moment worden die betalingsachterstanden omgezet in leningen.
Joint-venture leveranciers of afnemers
Toon Wagemans, adviseur bij Accon avm, ziet hierin mogelijkheden voor boeren. Als een aanvullende financiering nodig is omdat de solvabiliteit niet voldoende is voor de bank, dan ziet Wagemans een achtergestelde lening van bijvoorbeeld een leverancier of afnemer als een goede mogelijkheid de eigen vermogenspositie van de boer te versterken. Wagemans denkt zelfs aan een vof of een joint-venture tussen de agrarisch ondernemer met een of twee leveranciers of afnemers. Dat kan volgens hem een win-winsituatie opleveren. Een groot nadeel van een dergelijke samenwerkingsconstructie kan zijn, dat je als agrarisch bedrijf helemaal afhankelijk wordt van die leverancier(s).
Dure alternatieven
Een ander nadeel van alternatieve financieringsvormen is dat de rente – misschien afgezien van bij directe familie – hoger ligt dan bij een bank. Rekent een bank ongeveer 3 of 4 procent, bij crowdfunding gaat het al gauw om 7 of 8 procent.
Particuliere investeerders zoeken nog meer financiële zekerheid, daar gaat het om een rente die kan oplopen tot wel 12 procent. Niet onlogisch gezien het grotere risico dat dergelijke investeerders lopen. Wat rente betreft kunnen leveranciers een goed financieringsalternatief vormen, daar liggen de rentes volgens Van Rijbroek vaak aanzienlijk lager, rond 5 tot 6 procent.