De vele regen dit voorjaar zorgt aan het begin van de oogst voor minder en kleinere blauwe bessen. En bij meer nattigheid kan Botrytis voor extra uitval zorgen.
Op het blauwe-bessenbedrijf van Sil Moonen in het Midden-Limburgse Roggel begon maandag de oogst. “We zijn begonnen op een perceel met vroege bessen, van het ras Duke”, vertelt Moonen. “Vanaf medio juli komt de productie echt op stoom.”
Ik schat dat we 15 tot 20% minder zullen plukken dan andere jaren
Van gewasschade als gevolg van de nattigheid is bij de teler geen sprake. Dat komt omdat hij vooral op hoger gelegen gronden teelt. “Ik hoor van collega’s geluiden over geelverkleuring van het blad en uitval van struiken door afstervende wortels. Daar hebben wij gelukkig geen last van.”
15 tot 20% oogstderving
De vele regen leidt er wel toe dat de teler minder kilo’s kan oogsten én dat de bessen minder dik zijn. “Door het slechte weer hebben de bijen minder gevlogen en was de bestuiving niet optimaal. Ik schat dat we 15 tot 20% minder zullen plukken dan andere jaren. En een ronde bes die minder dik is; dat scheelt meteen flink wat kilo’s. Een bes met een diameter van 18 millimeter is namelijk bijna twee keer zo zwaar dan een bes van 14 millimeter doorsnee. Kortom: het zal geen topjaar worden.”
Zorgen om schimmels
Moonen is tevreden over de kwaliteit van de geoogste bessen. Maar hij maakt zich wel zorgen of dit ook zo blijft. “Het was deze week prachtig weer, maar er is alweer regen voorspeld. Dan neemt de kans op schimmelinfecties zoals Botrytis flink toe. En omdat je in de oogst zit, kun je niet meer chemisch ingrijpen. Dit zou nog tot extra uitval kunnen leiden. Maar ik probeer positief te blijven, anders houd je het niet vol. Mijn motto is: maak je druk over datgene wat je wél in de hand hebt, niet over dat waar je geen invloed op hebt. Dan heb je het al druk genoeg. Dat lukt over het algemeen redelijk goed. Anders was ik niet al veertig jaar tuinder en teelde ik niet al dertig jaar blauwe bessen.”
Juist heel droog in Spanje
De teler, die zijn eigen afzet regelt en handelaren in diverse Europese landen belevert, werkt ook nauw samen met een aantal Spaanse telers. “Wij nemen hun product af, om onze klanten over een langere periode te kunnen bedienen. In Spanje is de situatie op dit moment het tegenovergestelde van hier; daar schrééuwt men om water. Het is enorm droog en de waterbeschikbaarheid voor de tuinbouw staat onder druk. Hierdoor wijken steeds meer telers uit naar Marokko.”
Mond vol van lokaal en duurzaam
Wat Moonen vooral zorgen baart, is dat Nederlandse supermarkten volgens hem nog altijd kiezen voor het goedkoopste product. “Men heeft de mond vol van lokaal en duurzaam product, maar uiteindelijk geeft de prijs de doorslag. Hierdoor wordt de prijsontwikkeling bepaald door andere landen, die veel goedkoper kunnen produceren. In bijvoorbeeld Peru ligt het uurloon op € 2 per uur, terwijl wij in Nederland een kapitaal aan uurloon moeten betalen.”
Consumenten zullen er toch aan moeten wennen dat voedsel duurder wordt
De teler vindt dat de Nederlandse supermarkten hun verantwoordelijkheid moeten nemen en Nederlandse blauwe bessentelers een eerlijke prijs moeten betalen, om de sector op de been te houden. “En consumenten zullen er toch aan moeten wennen dat voedsel duurder wordt. Deze situatie baart me persoonlijk meer zorgen dan de nattigheid. Daar kun je op anticiperen; bijvoorbeeld door in potten te gaan telen of te zorgen voor een goede afwatering. Maar als de afzet niet geregeld is, dan houdt het gewoon op.”