Het areaal vroege peen groeit licht in 2019, voor bewaarpeen is dat nog ongewis. De peenteelt is risicovol. Robert Schilder van Bejo Zaden schetst enkele afwegingen.
De bouwplannen voor het volgende teeltseizoen worden dezer dagen afgerond, weet Robert Schilder van Bejo Zaden. “Een uitbreiding in het vroege peensegment, wat vooral in Limburg, Zeeland en een beetje in Flevoland wordt geteeld, is logisch”, zegt Schilder. Hij is verkoopmanager België, Nederland en Scandinavië bij de veredelaar in Warmenhuizen. “De oude peenoogst loopt lekker weg. In Europa zijn de voorraden 15 tot 20% lager dan vorig jaar, in sommige landen wel 25% lager. Dat zijn significante hoeveelheden.”
20% minder bewaarpeen
De lagere opbrengsten in Scandinavië zijn bijvoorbeeld een mooie kans voor de Nederlandse peensector. “Zij hebben tot op heden veel meer hectares geoogst dan vorig jaar op hetzelfde moment. Dit komt door een veel lagere netto opbrengst per hectare. Dat leidt tot 20% minder bewaarpeen.”
Vroege peenlanden hebben niet veel extra gezaaid. Door hogere kostprijzen, zoals in Israël. Of door weersomstandigheden, zoals in Spanje. “Het regende gigantisch veel in het vroege teeltgebied.”
Lees verder onder de foto
Peen, witlof of graan
Wat de bouwplanplanning voor 2019 betekent voor het winterpeenareaal, kristalliseert zich volgende maand uit. De toewijzing voor suikerbieten is verlaagd, waardoor ongeveer 6.000 hectare bietenland een andere invulling moet krijgen. “Daarbij gaat het tussen peen, witlofpennen en granen. De marktontwikkeling en -potentie is leidend bij de keuze. Gezien het goede prijsniveau van het laatste jaar verwacht ik sowieso dat het peenareaal stabiel blijft, maar wellicht zit er een plusje in.”
Peen is een dure teelt en de prijs kan zomaar laag worden
Dat plusje zal van nieuwe telers komen, want meer hectares in een vast bouwplan intekenen, is onverstandig. Een krappere rotatie werkt ziektedruk in de hand.
Naast prijsniveau en concurrentie zijn er diverse factoren om mee te nemen bij de afweging. Het risico is een belangrijk punt, schetst Schilder. “Peen is een dure teelt en de prijs kan zomaar laag worden.” Kwaliteit is een tweede punt. “Je moet peen op geschikte gronden telen. Gezonde grond met een goede afwatering, voldoende rustgewassen en een rotatie van mimimaal 1 op 6, liefst 7 of meer.”
Teelt zonder Cruiser
Het wegvallen van Cruiser zorgt in de peensector voor veel hoofdbrekens. Hiermee kan het zaad niet meer worden gecoat met de wortelvliegbestrijder. “Andere gewasbeschermingsmiddelen zijn maar beperkt inzetbaar. Dat zet telers aan het denken: is het nog wel verantwoord om in mijn gebied peen te zaaien? Maatregelen als een insectennet zijn misschien een oplossing, maar wel duur. Dat zo’n middel wordt verboden in een gewas dat niet bloeit – en dus geen bijen aantrekt – is echt een uiting van onkunde van de politiek. Beslissingen op basis van emotie. Want elk alternatief geeft veel meer schade aan de omgeving dan de paar gram Cruiser als zaadcoating.”
Lees verder onder de foto
Schilder merkt op dat in België 120 dagen vrijstelling komt voor het gebruik van Cruiser, maar wel onder bepaalde restricties.
Het advies van Schilder aan eventuele nieuwe peentelers is om goed kijken naar de geschiktheid van de grond en gericht te telen voor een afnemer. Plakvallen geven aan of de druk van wortelvlieg hoog is in een gebied. Strenge vorst is de beste natuurlijke bestrijder van de plaag.