Kleine voedselproducenten en kleinschalige verkopers moeten meer bescherming krijgen in de voedselketen, om oneerlijke handelspraktijken te voorkomen. Het Europees Parlement heeft ingestemd met een resolutie van de Poolse Edward Czesak van de Europese conservatieve partij ECR die hierom vraagt.
Oneerlijke handelspraktijken in de voedselketen is niet alleen iets waar de voedselketen mee worstelt, maar ook de mededingingsautoriteiten worden hiermee geconfronteerd. Het Europees Parlement wil de positie van de kleine spelers in de voedselketen tegenover de sterkere, grote marktpartijen verbeteren. Er zijn in Europa voorbeelden van het eenzijdig aanpassen van contracten, bedrijven die leveranciers een heffing laten betalen om te mogen blijven leveren, te late betalingen en de verkoop van producten onder de kostprijs.
Situatie kleine spelers verbeteren
Verbeteren van de machtspositie van de kleine spelers blijkt niet eenvoudig, constateert Czesak. “Vrijwilige initiatieven om de situatie te verbeteren blijken onvoldoende effectief.” Het Europees Parlement wil de positie van de boer onder andere versterken door in ieder geval de angst voor gevolgen weg te nemen bij boeren, als ze melding maken van oneerlijke handelspraktijken.
CDA steunde het voorstel. “Boeren moeten eindelijk eens een eerlijke prijs krijgen en op tijd worden betaald voor het werk dat ze leveren”, aldus Annie Schreijer-Pierik. Ze vindt dat de winst in de voedselketen eerlijker moet worden verdeeld.
“Grote handelsbedrijven met een dominante marktpositie hebben tegenover met name kleine producenten soms onevenredig veel marktmacht. Ik roep de lidstaten daarom ook op de mededingingsregels beter toe te passen”, aldus Lambert van Nistelrooij (CDA).