‘Er komen hele goede oogstweken aan voor de aubergine’

“Ik ben nu wel weer tevreden over het gewas, maar minder over de productie van de laatste weken”, zegt Peter Boekestijn van Boekestijn Eggplants in De Lier. Hij teelt het ras Beyoncé op onderstam Maxifort.

“Het gewas komt nu weer goed in balans. Maar de groei was de afgelopen weken veel te sterk doordat we bloeirui, een behoorlijke tripsaantasting en hitte hebben gehad.” In mei was de productie enorm hoog. “We haalden wekelijks tot 2,5 kilo van een vierkante meter. De plantbelasting was te hoog voor het licht dat we hadden. Daardoor had de plant het even moeilijk.” Toen kwam de hitte en de tripsaantasting eroverheen en liep de plantbelasting snel terug. De productie is door de mindere zetting teruggevallen naar minder dan 2 kilo per vierkante meter. “Dat was vorige week zo, maar deze week zeker ook. De plotselinge overgang naar de hitte van half mei was gewoon te groot voor het gewas.”

Om het gewas in balans te krijgen liet Boekestijn de grofheid bij het oogsten bewust wat oplopen, naar gemiddeld 350 tot 360 gram. Dat was een paar weken eerder nog 25 tot 30 gram lichter.

Veel extra bestrijders ingezet

Dat trips zo sterk toenam had waarschijnlijk te maken met een dip in de populaties van Macrolophus en swirskii. “Je zag nog maar 1 swirskii per bloem, normaal zijn dat er 10.” Vier weken geleden heeft Boekestijn volvelds A.monderensis uitgezet en heel wat Orius-roofwantsen. De biologie is nu weer op orde. “Je ziet de Macrolophus nu zelfs uit de plukbakken kruipen.”

Ook boterbloemluis is weer onder controle. Half mei begon het een probleem te worden. “We hebben ertegen moeten vechten met galmuggen, ervi-sluipwespen en Episyrphus-zweefvliegen. Vooral die zweefvlieglarven ruimen veel boterbloemluizen op.” Overmatige wortelgroei is geen probleem dit jaar. “We komen een paar besmette potten tegen. Na half juni is de kans niet meer zo groot dat de plant erdoor uit balans raakt.”

Klimaat nog goed te sturen

Over het weer valt niet te klagen. “Door de koele nachten kunnen we optimaal sturen.” Vanaf zonsondergang staat de ventilatielijn op 16 graden ingesteld. Na 4 uur wordt naar de nachttemperatuur van 20,5 graden toe gewerkt die een uur voor zonsopgang bereikt is.

De ochtendwaarde staat op 21 graden. De buizen met een maximum van boven 50 graden zorgen ervoor dat het gewas droog de nacht uitkomt. “Daarmee voorkom je Mucor.” Vanaf een uur na zonsopkomst gaat de ventilatietemperatuur naar 20 graden en stijgt deze in de middag naar 27-28 graden.

Vanaf 3,5 tot 4 uur voor zonsondergang gaat de kastemperatuur zelfs naar 30-30,5 graden om zoveel mogelijk assimilaten naar de vruchten te sturen. De etmaaltemperatuur komt bij mooi weer uit boven 23 graden.

Veel topwerk

De CO₂-dosering is hoog. Van Ocap wordt het maximale afgenomen, aangevuld met ketel-CO₂. Zo komt Boekestijn aan 300 kg CO₂ per hectare per uur. “In week 23 kwamen we aan een gemiddelde dagwaarde van 900 ppm.”

Ook de watergift is fors. Op mooie dagen wordt tussen 9 en 10 liter per vierkante meter gedruppeld en op donkere dagen nog altijd 3 tot 4 liter. Op zonnige dagen verlaagt de teler de druppel-ec naar 2,5. Op donkere dagen blijft dat 3 ec. In de mat ligt de ec tussen 3,5 en 4.

Door de lagere plantbelasting groeit het gewas de laatste weken behoorlijk. “Ik zit er nu wel goed bovenop dat we de frequentie van eens in de 3 weken halen met indraaien en toppen.” Er staan nu veel zijscheuten op. Ze worden op de eerste bloem getopt. “Er komen hele goede oogstweken aan. De plantbelasting gaat oplopen naar 30 stuks per vierkante meter.”

Auteur: Gerard Boonekamp