De energietransitie van de glastuinbouw zit op het verkeerde spoor. Zo worden doelen niet gehaald. De sector is koploper in duurzame energie maar weet de CO2-uitstoot niet te drukken. Op dit moment onderhandelt de sector over nieuwe CO2-afspraken tot 2030. Een nieuw reductietempo en wellicht nieuwe prikkels naar nieuwe doorbraken. Van de sector én de overheid wordt inzet verwacht, anders loopt de transitie vast.
De glastuinbouw werd altijd aangehaald als hét voorbeeld van een bedrijfstak in Nederland die de CO2-doelstellingen haalt. Sinds een paar jaar blijft de uitstoot hangen rond 5,7 Mton. Dat is een stuk hoger dan de doelstelling van 4,6 Mton voor 2020. Dat plafond is echter onjuist vanwege te lage areaalschattingen (zie kader).
De glastuinbouw verduurzaamt ook wel, maar het fossiele energieverbruik neemt niet genoeg af. Hoewel dat verklaarbaar is uit de energiemarktontwikkeling, ligt dat gevoelig. Het groene deel van de politieke partijen vindt dat de glastuinbouw zuiniger moet produceren en niet de CO2-overschrijding jaarlijks moet afkopen met een heffing.
Energieverkenning
Een recent energierapport laat het volgende beeld zien. Investeringen in besparingen of verduurzaming lonen niet bij deze gasprijzen. De wkk draait weer langer om de hoge tarieven (ODE) op netstroom te vermijden. De lage gasprijs (in verhouding tot stroomprijzen) geeft daarvoor een extra duwtje in de rug. Belichting maakt wel een doorbraak door. Dat constateert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in haar rapport Klimaat- en Energieverkenning, dat begin november uit kwam. ’Deze prijssituatie blijft naar verwachting aanhouden tot 2025. Daardoor zullen de CO2-emissies in de glastuinbouw in de komende vijf jaar licht stijgen.’
Lees verder onder grafiek
‘Spookglas’ glasgroenten raakt CO2-afrekening
Sinds 2018 is bijna 1.500 hectare extra kassen geteld door het CBS. Het is niet duidelijk waarom deze kassen niet eerder geteld zijn. Het relatief grootste deel van dat ‘spookglas’ is glasgroenten, circa 700 hectare (zie grafiek) en niet verklaarbaar door nieuwbouw.
Dat areaalverschil zal de afspraken over uitstoot zeker raken. Te verwachten is dat het plafond (de doelstelling) wordt verhoogd. In 2017 toen het areaal (op papier) kleiner werd, is de doelstelling aangescherpt. Het CO2-doel voor 2020 werd toen gecorrigeerd van 6,2 Mton naar 4,6 Mton. Achteraf is die stap dus op onjuiste areaalcijfers gebaseerd. De werkelijke uitstoot ligt nu tussen 6,0 Mton en 6,5 Mton. Dit werkelijke gebruik is gebaseerd op gasrekeningen en dus niet afhankelijk van areaalschattingen.
Dat een nieuwe correctie van het plafond nodig is, concludeert ook Wagenings onderzoek (Energiemonitor). Dat plafond zal bepalen wat de heffing wordt bij overschrijding.
Tuinders kregen vanwege overschrijding in 2017 al een afrekening van omgerekend 0,2 cent per kuub gas. Dat geld (€ 6,5 miljoen) wordt ingezet op innovatie in het programma Kas als Energiebron.
De aangepaste areaalcijfers komen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat ze weer baseert op de landbouwtelling van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). Alle agrarische ondernemers zijn verplicht om hierin hun bedrijfsomvang op te geven. Het is mogelijk dat de landbouwtelling beter is ingevuld en daardoor extra areaal is verschenen. Zonder juiste opgave is namelijk geen subsidie meer aan te vragen. RVO.nl gaat het areaalverschil echter onderzoeken en verwacht in februari een uitkomst.
Mogelijkheden transitie drogen op
Als je de glastuinbouw vergelijkt met de rest van Nederland, dan ligt de sectorj nog steeds op kop. Op het punt van duurzame energie heeft de glastuinbouw een inhaalslag gemaakt. Dat komt vooral door het gebruik van aardwarmte.
Vooruitzichten voor de verdere verduurzaming zijn echter minder gunstig. Biomassa is straks hard nodig om warmtepieken af te vlakken, maar dat wordt steeds moeilijker vanwege de krakende stikstofwetgeving en het slechte imago. Dit jaar is geen enkel nieuw biomassaproject opgestart, meldt adviesbureau BlueTerra. Daarnaast zijn warmtepompen, groene stroom en power-to-heat een stuk minder aantrekkelijk geworden door de hoge ODE-heffing.
Ook de levering van externe CO2, waar de glastuinbouw om vraagt, hangt aan een zijden draadje door de plannen voor de onderzeese opslag.
De ontwikkeling van warmtenetten verloopt stroperig en zal in 2030 niet een heel grote bijdrage leveren, verwacht PBL. Glastuinbouw Nederland ziet wel een groot belang aan warmtenetten, omdat daarmee warmtebronnen aan elkaar geknoopt worden en zo een accelerator vormen.
Lees verder onder foto
Akkoorden niet mislukt
De intensivering in de glastuinbouw neemt toe. Telers vervangen SON-T lampen deels door ledlampen. De leds zijn energiezuiniger: meer lichtoutput per watt. In de praktijk leidt de ’lampwissel’ tot hogere belichtingniveaus en dus hetzelfde energieverbruik. Marktontwikkelingen leiden dus niet automatisch tot zuiniger telen, zoals ook blijkt bij wkk- en ketelgebruik.
Toch vindt Sjaak van der Tak, voorzitter van Glastuinbouw Nederland, niet dat de afspraken over energie mislukt zijn. ”Trends op de energiemarkt en het overheidsbeleid spelen altijd door je ideale plaatje heen. Moet je dat mislukt noemen? En al die geothermie dan? En Het Nieuwe Telen dat zo ongeveer de nieuwe standaard is geworden? Het leren telen met led? Kaswarmteterugwinning, aquathermie, bio-energie, de voorbereidingen voor restwarmte? Klimaatneutraal telen staat technisch behoorlijk in de steigers, maar economisch nog niet, en daar zijn inderdaad haperingen.” Volgens Van der Tak zijn die haperingen ook bij andere sectoren opgetreden. PBL signaleerde dat ook in haar rapport. Van der Tak pleit voor meer experimentele steun. “Ik zou willen dat het ministerie binnen de SDE-regeling ook ruimte maakt voor financiële hulp bij tegenvallers. Nieuwe ontwikkelingen gaan niet vanzelf.”
Nieuw CO2-convenant
In de komende maanden gaan Glastuinbouw Nederland en de overheid een nieuw CO2-convenant afsluiten. Daarin worden het CO2-sectorsysteem en Kas als Energiebron voortgezet en de doelen voor 2030 en de tussenliggende jaren afgesproken. “Hierin zullen we tal van punten meenemen”, zegt Alexander Formsma, energiespecialist bij de brancheorganisatie. “Zoals het effect van de hoge ODE-tarieven, de sparkspread, het areaal, de toekomstige CO2-voorziening en de groeiende behoefte aan stroom.”
Sector wil op eigen prestaties afgerekend worden
Eerder stelde Van der Tak dat hij het Klimaatakkoord niet zou tekenen zolang de hoge ODE-tarieven nog op tafel liggen. “Desondanks hebben we er alle belang bij om goede afspraken te maken met de overheid”, zegt de glastuinbouwvoorman. “We zullen scherp de randvoorwaarden benoemen, zodat we op onze eigen prestaties worden afgerekend, en niet op omstandigheden buiten onze invloed, zoals de ODE, te weinig ondersteuning voor geothermie of restwarmtenetten.”
Lees verder onder foto
Zwaardere instrumenten
Als de randvoorwaarden niet verbeteren, zal het waarschijnlijk langer duren voordat de glastuinbouw klimaatneutraal is. Misschien zal de politieke druk groeien om te versnellen. De overheid kan er in nieuwe afspraken voor kiezen andere fiscale instrumenten in te zetten. Dat is op korte termijn niet te verwachten. Het huidige fiscale stelsel geldt tot 2023.
Van der Tak wijst ook op afspraken over energiebelasting. “We hebben de goedkeuring van de EU in de verbinding van het verlaagd tarief Energiebelasting ketelgas en het CO2-sectorsysteem waarin een afrekening volgt als de emissieruimte wordt overschreden. Deze afspraak geldt in elk geval tot en met 2024.”
Waardering voor wkk in sectorafspraken
Warmte blijft tot 2030 voor een belangrijk deel uit gas komen. Ramingen daarvoor zijn omhoog bijgesteld door de huidige prijzen op de energiemarkt. Ook na 2025 blijft de wkk aantrekkelijk en zal dus terugkomen in de nieuwe sectorafspraken.
De wkk op aardgas heeft voor de maatschappij een paar voordelen die nu niet in de sectorafspraken zijn meegenomen. Wkk speelt een belangrijke rol in de energietransitie. Hoe meer zon en wind erbij komen, hoe meer de onbalans in het net moet worden gecompenseerd.
Een ander voordeel is dat de productie van wkk-stroom landelijk gezien de CO2-emissie vermindert. Door het gebruik van aardgas-wkk’s ligt de emissie vanuit de glastuinbouw hoger, maar die van elektriciteitscentrales stukken lager. Op nationaal niveau wordt op die manier circa 1 Mton CO2-emissie vermeden. Dat is winst, maar deze winst komt nu niet op het conto van de glastuinbouw.
Het is de vraag hoe deze belangen worden meegenomen in de nieuwe afspraken over het CO2-emissieplafond van de glastuinbouw. Ad van Wijk, hoogleraar Future Energy Systems aan de TU Delft, vindt het niet nodig om het plafond hiervoor aan te passen. „Wel is er in het Klimaatakkoord te weinig aandacht voor hoe je de energiesystemen betrouwbaar houdt, en daar speelt wkk natuurlijk een belangrijke rol in”, vindt hij.
Tot 2030 kan de gasmotor een bijdrage leveren aan de energietransitie, verwacht Van Wijk. Daarna zal waarschijnlijk de brandstofcel op waterstof het stokje van de gasmotor overnemen. Aanvankelijk zal waterstofgas worden geproduceerd uit aardgas, waarbij zuivere CO2 wordt afgescheiden en opgeslagen. Dit zou voor de glastuinbouw een bron van CO2 kunnen zijn. Rond 2025 wordt de brandstofcel grootschalig in productie genomen voor de auto-industrie, en dan zijn andere toepassingen, zoals voor de glastuinbouw, rond 2030 te verwachten.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/