Alles lijkt schaarser te worden. Arbeid, water, grond, gas, toegestane gewasbeschermingsmiddelen en betrouwbaar weer. Niet alleen daardoor, maar zeker wel deels als gevolg daarvan, krimpt de productie van groente en fruit in Europa.
Dat is al enkele jaren aan de gang, vooral in de groenteteelt. De export van tomaten uit Spanje en Nederland neemt inmiddels af in de wintermaanden. En er zijn steeds vaker tekorten aan vollegrondsgroenten als sla, spinazie en bloemkool.
De groenteteelt staat hierin niet alleen, ook in de fruitteelt zien we voorbeelden. De perenteelt in Zuid-Europa heeft last van klimaatverandering, waardoor de perenproductie in Italië flink is gekrompen. Daarnaast kent invoer van groente en fruit moeilijkheden. Door havenstakingen, oorlogen en weersinvloeden is de internationale scheepvaart een stuk minder betrouwbaarder dan vijf jaar geleden. En als Amerikanen of Chinezen meer betalen voor bijvoorbeeld blauwe bessen of druiven dan Europese klanten, dan gaan exportstromen daarheen.
Minder verspilling
Dit klinkt als een drama. Maar voor telers kent schaarste ook voordelen. Eindelijk realiseren supermarkten zich dat volle schappen niet vanzelfsprekend zijn en worden toegenomen risico’s en kosten beter meegenomen in betaalde prijzen. Daarnaast zorgt schaarste normaliter voor minder verspilling in voedselketens. Er wordt geïnnoveerd en geïnvesteerd om zuiniger om te gaan met productiemiddelen als water, energie en arbeid en er wordt meer moeite gedaan om voedselverspilling tegen te gaan. Tot dusver mijn gedachtegang.
Drama? Voor telers kent schaarste ook voordelen
Telers zeggen vaker ‘nee’
Deze positieve economische kijk op de zaken heb ik in de afgelopen weken diverse keren gedeeld op congressen en bijeenkomsten. Daarop kwam veel herkenning. Telers(organisaties) die zeggen vaker ‘nee’ te durven zeggen en klanten vervolgens toch terug zien komen. En promoties die alleen nog in periodes van echte overvloed worden gepland. Maar tijdens het jaarcongres van Europese producentenorganisaties kreeg ik van de dagvoorzitter de vraag hoe we dan toch meer kunnen produceren om de groeiende wereldbevolking te voeden. Meer volume heeft vaak meer prioriteit dan meer rendement.
Maar sinds wanneer voeden we met Europese groenten en fruit de wereldbevolking? Vrijwel alles wat we binnen Europa produceren wordt binnen Europa opgegeten en dat geldt bij verse producten voor vrijwel alle continenten. Daar komt nog bij dat de Europese bevolking over een paar jaar stopt met groeien. De wereld voeden moeten we met granen doen, het dieet kleur en kwaliteit geven kan met groente en fruit.
Natuurlijk snap ik goed dat de vele uitdagingen heel lastig zijn. Maar als iets gemakkelijk is, dan kan iedereen het en kun je geen verschil maken. Zo praat ik mezelf moed in als ik iets lastig vind. En het helpt. Echt!