Het bedrijf van de familie van den Eertwegh in Kessel is wat je kunt aanduiden als een traditioneel gemengd bedrijf met 150 vleeskoeien en zo’n 120 hectare aardappelen, bieten, asperge, rabarber (met het ras Goliath om te forceren en Frambozenrood vanaf 1 april) en Chinese kool.
De eerste Chinese kool werd op 23 februari geplant in gespitte grond. “Traditioneel is de temperatuur in deze periode het laagst”, maakt Wim van den Eertwegh direct een kanttekening, “maar de planten zijn door de hoge lichtinstraling tijdens de opkweek al plantklaar.” Hij begint normaal in de eerste of tweede week van maart met de eerste buitenplanting, die wordt afgedekt met folie of vliesdoek. “Zo’n vroege teelt is bijna altijd vechten. Vorig jaar bijvoorbeeld hadden we eind februari/begin maart nog een koudeperiode, we hebben de eerste planten toen eerst ter bescherming onder glas gezet.”
Kas gehuurd
Anders dan in andere jaren is dat de eerste Chinese kool niet buiten staat, maar in de kas geteeld wordt. “We konden wat huren, voor een acceptabele prijs. Bij een gelijk plantmoment onder glas en buiten, kun je 7 tot 10 dagen eerder beginnen met oogsten. Die tijdwinst wordt nu nog wat groter, omdat de planten deze keer zo vroeg klaar zijn. En bedenk dat het nog gewoon kan gaan winteren. Ik zou er niet gerust op zijn als we nu al een buitenplanting hadden staan.”
Volgende plantingen
De tweede planting volgt deze week (week 9), ook in de kas. Planting nummer 3, in de eerste volle week van maart, wordt een buitenplanting. De kasteelt wordt overigens niet gestookt. “Gas inkopen is voor deze teelt geen optie, daarom beginnen we ook niet al te vroeg.”
De kasteelten en de eerste 2, 3 buitenteelten zijn met het ras Manoko. “Dat is het beste schotresistente ras. Een vorstje kan al gevaarlijk zijn.” Na Manoko volgt Emiko. Het plantwerk in de kas gaat in handwerk, de buitenteelten worden machinaal geplant met 3 rijen op een bed. Tot rond Koningsdag gaat er steeds bedekking op.
Grond vooraf bemonsterd
Net als standaard voor de buitenteelten, is de kasgrond vooraf bemonsterd op de bemestingstoestand en op aaltjes. Onder glas kan met de regenleiding bemest worden, in de buitenteelten wordt aan de basis bemest met een NPK-mengmeststof, gevolgd door een bijbemesting zo’n drie weken later tijdens het schoffelen. Tussentijds wordt met een Nitra-check de stikstoftoestand bekeken.
De kasgrond is vrij van aaltjes, zoals te verwachten. Eerder werd de ruimte gebruikt voor asperge, daarna voor de zaadteelt voor spinazie. Onkruid is geen issue; in de kas sowieso niet, en doorgaans buiten ook niet. “Groeit het gewas vlot door, dan is de bodem in 2 weken bedekt.”
Auteur: Joost Stallen