Leve de Belgen. Voor het in nuchter perspectief zetten van ‘voedselverspilling’. Is het dan toch eigenlijk geen echt probleem?
De Vlaamse regering stuurde onlangs een monitoringsrapport de wereld in over wat bij onze zuiderburen ‘voedselverliezen’ genoemd wordt. Wij strenge noorderlingen, met het geheven vingertje altijd klaar, hebben het liever over voedselverspilling. En dan lijken we er soms een duivels genoegen in te scheppen er een zo hoog mogelijk getal aan te koppelen. De Belgen hebben het voor 2015 allemaal helder ingedeeld en van reële getallen voorzien.
Onvermijdbare verliezen
Eerst de indeling: er zijn vermijdbare en onvermijdbare voedselverliezen. Een weggegooide bananenschil of het karkas van een slachtvarken, dat zijn onvermijdbare verliezen. En driekwart van de voedselreststromen bestaat uit dergelijk niet eetbaar afval.
Voor de Vlaamse agrovoedingsketen: van de 3.485.000 ton voedselreststromen blijft 907.000 ton over als we alleen letten op vermijdbaar en eetbaar. Dat is het voedselverlies van boer en tuinder tot en met consument, inclusief handel, horeca en industrie. Oké, ook nog best een hoop.
Consument eet 94,1% netjes op
Handel en horeca en overige veroorzakers blijven gunstig achter bij de drie grote veroorzakers van voedselverliezen, becijferden de Belgen: 84% komt voor rekening van landbouw, voedingsindustrie en huishoudens. Maar let wel: afgezet tegen het voedsel dat deze drie partijen succesvol weten te ‘verwerken’, valt het met het verlies wel weer mee. De industrie zendt 98,5% van wat binnenkomt als eetbaar product de keten in. De landbouw komt tot 96%. En de consumenten eten toch ook nog altijd 94,1% van wat ze in huis halen netjes op.
Tweede leven voor reststromen
Ook hebben de Belgen op een rijtje gezet waar de reststromen dan heen gaan. 43% krijgt een tweede leven als diervoeder. Via vergisting wordt 21% van de voedselreststromen omgezet in meststoffen en energie. Voor 17% van het afval wordt een uitweg gevonden als bodemverbeteraar. Ze hebben er zelfs een indexcijfer voor bedacht.
“De cascade-index weegt de voedselreststromen in functie van hun positie op de cascade van waardebehoud. Tien betekent maximale valorisatie en nul geen valorisatie. De Vlaamse agrovoedingsketen scoort met 8,2 sterk”, aldus het Vlaams Infocentrum Land- en Tuinbouw in hun niet van trots ontblote berichtgeving hierover.
Preiafval tot preipoeder
Ik las laatst ergens – sorry, ik heb gezocht, maar ik kon de digitale nieuwsbron niet meer terugvinden – dat Europa jaarlijks voor € 345 miljard voedsel verspilt. Dat leek me erg veel. Dit Vlaamse onderzoek relativeert de boel weer een beetje. Wat de Vlaamse regering er overigens niet van weerhoudt naast dit monitoringsrapport ook een voortgangsrapport goed te keuren, waarin tal van initiatieven om reststromen te voorkomen of nog creatiever te verwerken.
Bijvoorbeeld met een geheel nieuwe droogtechniek de groene delen van prei te valoriseren als preipoeder. “Door de relatief lage temperatuur en snelle doorlooptijd levert ‘dry-on-water’ betere resultaten dan andere droogtechnieken. Smaak, kleur en voedingswaarde blijven beter bewaard.” Leve de Belgen.