Doorgaan naar artikel

Dringen om plekje bij aardwarmtebron

Met de hoge energiebelasting op komst, groeit de belangstelling voor geothermie. Maar de aanleg van doubletten en het warmtenet in het Westland gaat minder vlot dan gepland. Marco van Soerland en Evelien Brederode zitten middenin het speelveld en zien het gevoel van urgentie bij de tuinders toenemen.

“De belasting op aardgas gaat stijgen en telers staan onder druk om te verduurzamen. Daarom wordt het steeds belangrijker om aangesloten te zijn op geothermie. Het is dan nog niet meteen rendabel, maar het is een strategische beslissing voor de langere termijn. We zien vaker dat ze kiezen voor een klein contract met een grote aansluiting. Dan zijn ze alvast aangesloten en kunnen ze in de toekomst nog altijd uitbreiden.” Dat zegt directeur warmte Marco Soerland van HVC.

Sommige telers zouden graag zien dat we versnellen, maar de aanleg van nieuwe warmtenetten kost veel tijd

En ook businessontwikkelaar Evelien Bredero van Warmtenetwerk Westland merkt dat telers meer aan het dringen zijn. “We krijgen vaker de vraag van telers: we zijn in 2025 toch wel aan de beurt? Sommigen zouden graag zien dat we versnellen, maar de aanleg van nieuwe warmtenetten kost veel tijd. Natuurlijk voelen we de urgentie en zoeken constant naar mogelijkheden om te versnellen.

Hoe staat het met de projecten die vertraging hebben opgelopen?

Van Soerland: “De rente en de kosten zijn enorm gestegen en er zit geen inflatiecorrectie op de subsidie. Op dit moment voeren we een herstelplan uit om de kosten in bedwang te houden en de opbrengsten op niveau te brengen. Er is opnieuw SDE-subsidie aangevraagd. We verwachten binnen een of twee maanden de beschikking binnen te krijgen. In Maasdijk zijn nu drie doubletten gemaakt, zoals het plan was. Het warmtenet wordt nu aangelegd en in het begin van het tweede kwartaal gaan we proefdraaien. Polanen wordt pas in 2025 in bedrijf genomen. En aan de Wippolderlaan staat waarschijnlijk begin 2026 een boortoren.”

Aardwarmte levert alleen basislast. Hoe vul je de rest in?

Brederode: “Op dit moment draaien in het Westland zo’n tien projecten. Als alles in gebruik is, wordt er zo’n 200 MW aan aardwarmte gewonnen. Er kan nog zeker 100 MW meer gerealiseerd worden. Daarmee kunnen we de basislast voor de tuinders invullen. We willen echter via WnW ook voldoende bronnen ontsluiten om de middenlast te kunnen leveren. Deze is in te vullen met bijvoorbeeld 200 MW restwarmte uit de Rotterdamse haven. Bij elkaar is dit goed voor 80% van het totale warmtegebruik.”

Van Soerland: “Op piekmomenten is er 1.000 MW nodig. Het wordt te duur om de pieken in te vullen met aardwarmte of restwarmte. De oplossing ligt bij bufferen, slimme opslag, elektrische boilers en op termijn waterstof.”

Hoe zeker is het dat er warmte uit de haven komt?

Brederode: “WarmtelinQ, die de havenwarmte gaat leveren, is al volop in aanbouw. Onze ambitie is om rond 2030 een aansluiting te krijgen. Dan kan de warmte direct naar het Westland, want daar ligt het warmtenet al.”

Is het Westlandse warmtenet berekend op havenwarmte?

Brederode: “We investeren nu in een warmtenet dat groter is dan het aanbod van een geothermiebron. We leggen leidingen met een diameter die geschikt is voor het toekomstige aanbod, inclusief restwarmte. De subsidies om dat mogelijk te maken, staan al klaar. De helft van het geld komt van LNV, de andere helft uit het Nationaal Groeifonds.”

Hoe zien de contracten eruit? Hoe flexibel zijn die?

Van Soerland: “De tuinder tekent een contract van vijftien jaar voor de afname van warmte en de bijbehorende capaciteit. Gedurende die tijd mag hij zijn afname niet verlagen, want de bron wil zekerheid om de investeringen terug te verdienen. Verhogen mag wel als er vermogen bij de bron beschikbaar is. Daarom kan de teler ervoor kiezen om alvast op eigen kosten een grotere aansluiting te maken. Als de bron die warmte niet heeft, kan de teler het inkopen op het handelsplatform van WnW. De ervaring leert dat de bronnen na de oplevering redelijk snel zijn uitverkocht. Bij Trias Westland zouden zich graag meer bedrijven aansluiten, maar de bron kan niet meer leveren. We wachten tot alles is verbonden aan het netwerk, dan komt er meer warmte beschikbaar.”

Je mag niet minder afnemen? Maar wat als je straks minder warmte nodig hebt?

Van Soerland: “Daarom stappen veel telers in op de basislast. Zij verwachten dat ze hun energieverbruik nog sterk kunnen optimaliseren. Voor ons is het ook van belang dat de aansluiting een grootte heeft die past bij de vraag van het bedrijf. Als een teler minder warmte afneemt dan voorzien, ontvangt de bron ook minder inkomsten via de SDE-subsidie.”

Hoever staat het met dat handelsplatform?

Brederode: “Warmte netwerk Westland heeft een handelsplatform gebouwd met subsidie van Kas als Energiebron, waarvan de eerste versie wordt getest. We starten in Maasdijk met een stuk of twintig deelnemers. Straks zullen dat er enkele honderden zijn. Telers kunnen hier hun positie verhandelen als ze warmte over hebben. De prijs hangt af van vraag en aanbod. In een strenge winter zal de warmte duurder zijn.”

In het verleden zijn er veel problemen geweest met aardwarmteprojecten. Hoe betrouwbaar is de techniek nu?

Van Soerland: “De geothermiesector is een jonge sector die kinderziekten moet overwinnen. Je kunt niet in de bodem kijken voordat je gaat boren, dus dat blijft altijd een risico. In de exploitatiefase zijn tegenwoordig minder problemen. Operators in de geothermie werken steeds beter samen en delen hun kennis binnen Geothermie Nederland. Elke oplossing wordt een nieuwe standaard. Zo wordt de hele sector professioneler.”

Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin