Het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) gaat in vanaf 1 januari 2023. De onduidelijkheid over wat nou precies wel en niet mag zorgt voor veel onrust. Wat weten we wél over nieuw GLB en de hoogte van de landbouwsubsidies volgend jaar?
Eén ding mag duidelijk zijn: in het bouwplan voor 2023 speelt het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) linksom of rechtsom een rol. Heb je een akkerrand, dan zul je aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen om ook volgend jaar in aanmerking te komen voor subsidie in het kader van agrarisch natuurbeheer. Hoe richt je bufferstroken in, en waar moet je bijvoorbeeld al rekening houden met vanggewassen?
Onder landbouworganisaties is de onrust groot over de snel naderende invoering van systemen waarvan de volledige invulling tot op de dag van vandaag niet bekend is; zowel nieuw GLB als het zevende actieprogramma nitraatrichtlijn. De organisaties dringen bij het ministerie aan op een overgangsjaar. Op bepaalde vlakken gaat het ministerie daarin mee. Minister Adema zegt ‘met milde hand’ te kijken naar 2023, dat hij als leerjaar bestempelt. In het overgangsjaar zullen reeds ingezaaide gewassen op bufferstroken niet worden vernietigd.
Nieuw GLB: van betalingsrechten naar hectarepremie
Maar duidelijk is wel: het nieuwe GLB gaat vanaf 1 januari 2023 in. Daarmee gaan de Europese landbouwsubsidies op de schop. Het Europese landbouwbeleid verschuift meer en meer richting het vergoeden van maatschappelijke diensten door landbouwbedrijven, in plaats van het sec compenseren van landbouwinkomens. Dit jaar is het laatste jaar van de betalingsrechten. Vanaf 2023 komt daarvoor een nieuwe systematiek in de plaats. Het basisbedrag dat bedrijven per hectare ontvangen zal voor veel bedrijven omlaag gaan; wie meer wil krijgen moet daarvoor bepaalde maatregelen nemen.
De landbouwsubsidie bestaat volgend jaar allereerst uit een basispremie, voor nu vastgesteld op circa € 221 per hectare, plus een toeslag van € 54 voor de eerste 40 hectare. Het definitieve bedrag wordt jaarlijks vastgesteld, afhankelijk van voor hoeveel hectare landelijk subsidie wordt aangevraagd. Wie voor de basispremie in aanmerking wil komen, moet voldoen aan de basisvoorwaarden (zie kader hieronder). Voor een deel zijn die bekend, maar er zijn ook ingrijpende nieuwe voorwaarden zoals de bufferstroken en 4% niet-productief areaal.
4% niet-productief areaal
Het aanleggen van drie meter brede bufferstroken is sowieso verplicht vanuit het zevende actieprogramma nitraatrichtlijn. Voor het 4% niet-productief areaal geldt voor 2023 deels een uitzondering, net als overigens voor de gewasrotatie-eis. Vanuit Brussel krijgen landen dit jaar de mogelijkheid om die twee eisen nog niet te laten ingaan, vanwege de oorlog in Oekraïne. Nederland heeft besloten dit te doen. Dat betekent dat wie alleen de basispremie wil ontvangen, volgend jaar geen 4% areaal uit productie hoeft te houden. Het nieuwe GLB bestaat echter uit meer dan alleen de basispremie.
Daar bovenop bestaat er de (nieuwe) mogelijkheid om deel te nemen aan de eco-regeling, en kunnen bedrijven net als andere jaren via hun collectieven meedoen aan het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb), de subsidie voor bijvoorbeeld akkerranden. Wie meedoet aan de eco-regeling en/of het ANLb moet wél voldoen aan alle basisvoorwaarden, waaronder dus ook 4% niet-productief areaal. Onder niet-productief areaal vallen sloten, maar ook akkerranden, hagen of kleine groepen bomen, braakliggend land, natuurvriendelijke oevers, rietzoomen, tuunwallen en zandwallen.
Hoe de wisselwerking is tussen basisvoorwaarden, eco-regeling en ANLb-subsidie, is nog niet overal helemaal duidelijk, maar uitgangspunt is: een activiteit wordt één keer betaald, en de eco-regeling en de ANLb-subsidie zijn bedoeld voor dingen die bovenwettelijk gedaan worden.
Groter areaal, minder mestplaatsingsruimte
Qua areaal verandert er meer. Al met al zullen bedrijven over een iets groter aantal hectares subsidie kunnen ontvangen, omdat in het nieuwe GLB ook landschapselementen meetellen als subsidiabele hectares. Dit zijn onder andere: sloten (mits in eigen beheer), bomenrijen, hagen en houtwallen. Erfbeplanting telt mee als deze grenst aan de landbouwgrond, maar niet als deze bijvoorbeeld tussen het huis en de weg staat.
Tegenover die extra hectares staat dat bedrijven minder mestplaatsingsruimte overhouden, door de verplichte bufferstroken (ook verplicht voor bedrijven die niet deelnemen aan het GLB, omdat dit verplicht is vanuit zevende actieprogramma nitraatrichtlijn. De bufferstroken mogen niet bemest worden.
De landschapselementen gaat RVO intekenen op een kaart. LNV verwacht dat de kaart begin volgend jaar klaar is. Boeren wordt dan gevraagd deze na te kijken.
Overgangsjaar 2023
Het ministerie erkent zelf ook dat de Nederlandse invulling van het nieuwe GLB rijkelijk laat komt. Zeker tot eind oktober is een aantal zaken niet bekend, met misschien wel als meeste prangende: de invulling van de bufferstroken. Voor 2023 komen er daarom een aantal versoepelingen. Ook is de tijdslijn aangepast waardoor aanmelden voor het nieuwe GLB pas start vanaf maart volgend jaar.
Het ministerie van landbouw heeft aangekondigd dat er een verlicht sanctieregime gaat gelden in 2023. Wat dit in de praktijk precies gaat inhouden, volgt later nog. Maar landbouwminister Piet Adema laat in ieder geval weten: wie op de bufferstroken al gewassen ingezaaid heeft, hoeft deze niet weer onder te werken. In een Kamerbrief zegt hij verder dat de nadruk in 2023 ligt op ‘uitleggen en waarschuwen’.
Daarnaast is nog een andere aanpassing onderweg: de puntentelling voor de eco-regeling wordt nog versoepeld. Op vijf thema’s moet binnen de eco-regeling een bepaald aantal punten gescoord worden, om in aanmerking te komen voor eco-premie. Voor twee thema’s wordt het benodigd aantal punten nog naar beneden bijgesteld.
Nieuwe regeling jonge boeren in nieuw GLB
Voor jonge boeren (onder de 40 jaar) zit er in het nieuwe GLB een nieuwe regeling. Die komt in de plaats van de extra betalingsrechten die jonge boeren eerder voor een periode van vijf jaar konden aanvragen. Jonge boeren die nog meedoen aan de oude regeling kunnen de vijfjarige looptijd hiervan afmaken. Onder het nieuwe GLB kunnen jonge boeren eenmalig een subsidie krijgen van minimaal € 25.000 (maar streven is € 50.000, afhankelijk van de animo voor de regeling) voor de bedrijfsovername of start van een nieuw bedrijf. Ze moeten hiervoor op basis van een ondertekende koopakte laten zien dat ze het bedrijf geheel of gedeeltelijk hebben overgenomen, en een bedrijfsplan indienen.
Lees meer in het uitgebreide artikel via Boerderij.nl