Voor de teelt van middeltrostomaat Cappricia bij Erik Zwinkels in Naaldwijk is nu de periode van ‘pappen en nat houden’ aangebroken. Er hangen nog 4 tot 5 trossen aan de plant waarvan de laatste eind van het jaar geknipt zullen worden.
Nog vier of vijf trossen lijkt niet veel, maar doordat we er een hebben verwijderd voor de zetting van de laatste drie trossen, zal er in de tweede helft van november een gat in de productie ontstaan. Dat is ook de bedoeling. We willen in de laatste 3 weken van het jaar naar een piek toewerken. In de week voor kerstmis stijgen de prijzen meestal. Door het verwijderen van een tros hebben de laatste 3 een boost gekregen.
De uitgroei van deze trossen ‘na het gat’ gaat voorspoedig. We hebben natuurlijk een periode met hoge temperaturen en veel licht achter de rug. Maar het licht neemt nu snel af dus we hebben onze tijd wel nodig om voldoende grofheid te krijgen. De kwaliteit van de trossen is goed. Ze zijn ruim geschakeld en de trossteel is gebeugeld dus ze kunnen goed doorgroeien. We moeten in de buurt kunnen komen van het huidige vruchtgewicht van 115 tot 120 gram.
Luchtbeweging houden
De gerealiseerde etmaaltemperaturen komen niet meer boven 16,5 graden uit. Op dagen met donker weer daalt de kastemperatuur al vanaf 15 uur heel geleidelijk naar de voornachtwaarde van 13 graden. Ik wil zo lang mogelijk een beetje lucht erin houden. Vanaf middernacht tot 3 uur wordt opgestookt naar 16,5 graden. Om 8 uur gaat het scherm open. Op de dag stijgt de temperatuur naar 20 graden om 12 uur. Overdag ligt zowel de groeibuis als het ondernet op minimaal 30 graden. Ik wil daarmee wat luchtwerveling houden. De watergift duurt maar van 9.30 tot 13.30 uur. Bij weinig licht wordt hooguit iedere 1,5 uur een druppelbeurt gegeven, anders bij iedere 110 Joules. De beurten zijn erg lang. Per keer wordt er 0,4 liter per vierkante meter gedruppeld met een ec van 2,5. De mat-ec is mooi stabiel op 4,5 ec.
Waakzaam blijven
In de afgelopen weken zakte de productie al naar 1,3 en 1 kilo per vierkante meter, maar dat wordt nu nog veel minder. Nu ook voor het laatst blad is gesneden (er blijven 8-9 bladeren over per plant), wordt het nog rustiger. Er hoeven alleen nog wat nadieven verwijderd te worden. Het is nu vooral de kunst om het gewas gezond te houden. Cappricia is niet erg gevoelig voor gele stengels en schimmelziekten als Botrytis, Phytophthora, kroonschimmel of Alternaria. Maar je moet toch steeds waakzaam blijven. We lopen in ieder geval het gewas na op Botrytis dat sporadisch voorkomt. Het blad is nu hard groen en er zijn geen bladrandjes of bladbreuk te zien. Toch overweegt Zwinkels nog een keer te foggen met schimmelbestijdingsmiddelen. Je wilt het gewas natuurlijk niet meer nat maken.
Overvloed aan Macrolophus
Qua plaagbestrijding is het simpel. Macrolophus is nog volop aanwezig in alle stadia en houdt wittevlieg en rupsen op een heel laag niveau. Zoveel Macrolophus in deze periode hebben we nog nooit meegemaakt. We brengen ze zelfs over naar de kassen met belichte tomaten. We leggen de dieven met de Macrolophus daar onder de goot. Op het onbelichte bedrijf in Naaldwijk zal pas op 11 januari geplant worden na een korte teeltwisseling. Voor komend seizoen komen er fijnere trostomaten te staan.