Doorgaan naar artikel

‘De theoloog en de aardbei’

Vertrouw ik een theoloog die de aardbei wantrouwt? Een dilemma, voor wie houdt van vertrouwen.

De aardbeien verdwenen deze week al snel in de luwte van de opiniecarrousel die vooral blijft doldraaien rond belastingen en #MeToo. Maar de rode vruchtjes en het cocktaileffect van gebruikte gewasbeschermingsmiddelen ontkomen niet helemaal aan het nationale meningencircuit.

Dagblad Trouw liet er vandaag twee theologen uit het zogeheten Theologisch Elftal over aan het woord. De beide godsgeleerden worden blijkens de aanhef van het artikel uitgenodigd het met name over vertrouwen te hebben. “VERTROUWEN: De consument wil perfect voedsel op een koopje. Maar is dat nog wel realistisch nu hij zijn etenswaren steeds meer moet gaan wantrouwen?”

Professoren met bekende riedel

Aan de beurt zijn de Tilburgse professor Erik Borgman en zijn Amsterdamse hooggeleerde collega Manuela Kalsky. Maar ze wekken met hun stellingnames geen van tweeën de indruk zich echt te hebben verdiept in de balans van vertrouwen en wantrouwen rond de aardbei. Voor beide theologen lijkt het een vooraf uitgemaakte zaak dat wat ‘we’ nu doen niet duurzaam is.

Het is de bekende riedel: ‘we’ eten niet meer volgens de seizoenen, ‘we’ weten niet meer waar ons voedsel vandaan komt, ‘we’ pompen goedkoop geproduceerd voedsel rond over de aardbol. Professor Kalsky concludeert: “Hoewel ik ervan overtuigd ben dat vertrouwen de basis is van een goede samenleving, moeten we ook leren om zo nu en dan stevig te wantrouwen wat ons wordt aangeboden. Zoals die mooie, glanzende aardbei.”

Nadruk op ‘zo nu en dan’

Dat wil er bij mij toch echt niet in. ‘We’ dat is neem ik aan iedereen. Heel Nederland. U en ik dus ook. En wij moeten met zijn allen leren om zo en dan stevig te wantrouwen? Volgens mij heeft het wantrouwen anno 2017 zo’n duwtje in de rug bepaald niet nodig, wel integendeel.

Oké, de nadruk hoort hier wellicht te liggen op ‘zo nu en dan’. Vertrouwen is de basis, maar zo soms is wantrouwen beter. Maar dan toch juist níet als ik in een Nederlandse supermarkt een mooie, glanzende aardbei krijg aangeboden.

Wantrouwen in onze wetten

Die mooie, glanzende, Nederlandse aardbei te wantrouwen staat immers gelijk aan de Nederlandse wet te wantrouwen, die hele rijke kerstboom van zo saai onkreukbare Haagse en Wageningse instituten te wantrouwen, het Ctgb, de Gezondheidsraad, het RIVM, de NVWA, het Voedingscentrum en alle daaraan bijdragende toxicologen, voedselwetenschappers, medici en andere geleerde collega’s van mevrouw Kalsky en meneer Borgman.

Natuurlijk, het gaat niet aan koppig te blijven vasthouden aan oude vertrouwde waarheden, wanneer nijvere onderzoekers harde bewijzen van het tegendeel naar boven hebben gehaald en een nieuwe wetenschappelijke consensus ontstaat. Maar vertrouwen zou niet al moeten sneuvelen alleen op basis van wantrouwige vermoedens. Dan bewaar ik mijn ‘zo-nu-en-dan-wantrouwen’ toch voorlopig liever voor de uitspraken van twee theologen over de stand van ons voedsel.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin