Het scannen van het gewas voor bijmesten met de CropScan-methode kan prima met een ‘landbouw drone’. Deze nieuwe methode ondervangt verschillende nadelen van de handmatig uit te voeren CropScan, waardoor opschaling naar grotere arealen in zicht komt.
Dit blijkt uit praktijkonderzoek van Wageningen UR en DLV Plant. Op het Limburgse preibedrijf Vollenberg vergeleek Wageningen UR en DLV Plant bijmesten aan de hand van metingen met de CropScan en beelden vanuit een onbemand vliegtuigje: de ‘landbouw drone’. De drone is daarvoor uitgerust met een Tetracam Mini-MCA-4 camera. De metingen met CropScan en met deze camera bleken sterk gecorreleerd. Wel varieerde de relatie van dag tot dag, waardoor steeds opnieuw ijken noodzakelijk was. Ook de dataverwerking kost nog veel tijd.
Deze bevindingen zien de onderzoekers echter als kinderziektes, die met het voortschrijden van deze nieuwe techniek opgelost zullen worden. Vervolgens is het mogelijk het bijmesten op basis van gewasreflectiemetingen breder in de praktijk toe te passen, omdat er een drone snel veel percelen kan meten.
Het bijmesten volgens de CropScan-methode heeft zich in proeven bewezen, voor onder andere prei en aardappel. Het is een methode om tijdens de teelt de stikstofgift af te stemmen op de stikstofbehoefte van het gewas. De benutting van stikstof kan zo worden verhoogd en de kans op uitspoeling naar grond- en oppervlaktewater verminderd.