De gunfactor, meer tijd en een groeiend bewustzijn zouden meer consumenten moeten aanmoedigen direct bij de teler boodschappen te doen. Veel boerderijwinkels en -initiatieven lijken het voorlopig goed te doen, hoewel dat niet voor elke winkel geldt.
De zangeres van Rock en Retro zingt de auto’s toe die in de rij staan voor het drive-thru restaurant van PUURgroenten. Her en der zwaait een arm enthousiast mee uit het raam. De muzikale wachtverzachter is geen overbodige luxe, want vanaf de opening van het gelegenheidsrestaurant op zaterdagmiddag 9 mei is het volle bak. Tot halverwege de avond staat er een file van tientallen auto’s aan de Kolhornerweg in het Noord-Hollandse Middenmeer.
Lees verder onder het Facebook-bericht
Kook de kas leeg: tijdelijk restaurant
De coronacrisis noopte PUURgroenten-eigenaren Han en Saskia Lammers tot het organiseren van een alternatieve afzetmarkt. Normaliter verkopen ze hun minigroenten en eetbare bloemen aan zo’n 300 restaurants in binnen- en buitenland, tot aan Bangkok toe. In het begin van de crisis schonken ze overgebleven producten aan de voedselbank of verkochten ze wat aan afhaalrestaurants, maar daarmee kwam er nauwelijks geld binnen.
Dus staken Han en Saskia Lammers en een bevriende chefkok de koppen bij elkaar. Onder het motto ‘kook de kas leeg’ zetten ze een tijdelijk restaurant op poten waarbij klanten vanuit hun auto het menu konden bestellen en opeten.
Enkele cateraars in de omgeving, waaronder een wentelteefjesbakker en een aardappelboer, sloten bij het initiatief aan. In het weekend van 9 en 10 mei reden honderden bezoekers langs voor een viergangen vis-, vlees-, of vegetarisch menu.
“Het was fantastisch,” blikt Han Lammers een paar dagen later terug. “Vrijwel alle 500 menu’s die we voorbereid hadden, zijn verkocht. Onze groenten zijn verwerkt in de amuse, het voorgerecht en het vegetarische hoofdgerecht: mini-meiknolletjes, verschillende slasoorten en sous-vide gegaarde miniworteltjes, prei en knolselderij. Van de bloemen en kruiden uit onze kas hebben we limonades gemaakt.”
Lees ook: Corona zorgt voor onzekerheid bij horecatelers
Landwinkels werken met korte keten
Of het nu gaat om een boerderijwinkel of een bijzonder initiatief zoals dat van Han Lammers, direct bij de teler kopen kan aantrekkelijk zijn deze dagen. Veel Landwinkeleigenaren merken sinds half maart een grotere toeloop. “In vergelijking met het eerste kwartaal van 2019, zien we in de centrale levering een omzetstijging van zo’n 20%, vooral gebaseerd op de laatste weken. Sommige Landwinkels plussen zelfs 80%,” vertelt voorzitter van de Landwinkelformule Wessel van Olst.
De formule, waarbij ruim 90 boeren aangesloten zijn, heeft een eigen distributiecentrum en assortiment met zo’n 3.000 producten waarvan ongeveer 450 artikelen van eigen merk. Ook worden er producten van eigen kas en land verkocht. Volgens Van Olst zijn er geen specifieke hardlopers. Al is dat niet de reden dat in de Landwinkels geen lege schappen te zien waren in de hamsterperiode, vertelt hij: “Wij werken met een korte keten. We kunnen snel schakelen en makkelijker een tandje bijzetten dan de grote retailers.”
Lees verder onder het Facebook-bericht
Gunfactor voor boeren en telers groter dan voor supermarkt
Die korte keten is tevens een van de redenen dat consumenten vaker hun boodschappen doen in een Landwinkel, meent Van Olst: “We zien al langer een groeiende interesse voor de herkomst van eten. Maar de coronacrisis heeft dat bewustzijn versneld.”
Ook andere drijfveren spelen een rol volgens hem: “Met het sluiten van de horeca hebben consumenten behoefte om thuis lekker te eten. Bij ons kunnen ze hun hart ophalen wat dat betreft. Bovendien hebben boeren en telers de gunfactor, in tegenstelling tot de supermarkt. En veel mensen hebben meer tijd en beschouwen een bezoek aan de Landwinkel echt als een uitje.”
Stijgende omzetcijfers zijn niet op elke boerderijwinkel van toepassing. Van Olst: “Sommige Landwinkels bieden dagbesteding aan of hebben een groot horecadeel. Die hebben het juist zwaarder nu. Dat geldt ook voor Landwinkels in toeristische gebieden zoals Zeeland, hun omzet daalt juist.” Ook Lammers is er, ondanks zijn succesvol verlopen evenement, financieel niet op vooruit gegaan. “Ik ben blij dat ik mijn producten niet hoef weg te gooien, maar het verdienmodel is nog een uitdaging.”
Sommige Landwinkels bieden dagbesteding aan of hebben een groot horecadeel. Die hebben het juist zwaarder
Volgens het FoodService Instituut Nederland (FSIN) is het nog te vroeg om gedetailleerd te voorspellen wat 2020 onder de streep zal brengen voor de boerderijwinkels. Het instituut verwacht echter wel dat de omzet voor boerderijwinkels als totaalgroep zal dalen, onder andere vanwege de reisrestricties, de ruimte- en hygiënebeperkingen die de anderhalvemeter-economie met zich meebrengt en de aanname dat mensen liever op één locatie al hun boodschappen doen. Wel geeft het FSIN aan dat de omzetten per winkel sterk zullen verschillen.
Aardbeienautomaat loopt beter dan voor coronacrisis
Bij Kalter Aardbeien, een aardbeienkwekerij en boerderijwinkel in IJsselmuiden, was er een korte periode van paniek toen de coronacrisis zich aandiende. De maatregelen werden een week voor de aardbeienoogst aangekondigd. Mede-eigenares Annet Kalter: “De eerste week was niemand in de winkel te zien. De afzet aan de horeca viel natuurlijk weg en door het sluiten van de grenzen leek de export naar Ierland en Engeland in eerste instantie ook niet door te gaan. Maar de aardbeienautomaat, die al twaalf jaar voor onze zaak staat, liep meteen veel beter dan normaal. En we zijn begonnen met huis-aan-huis bezorgen en een drive-in bij onze winkel.”
Het bedrijf biedt in gezonde tijden de mogelijkheid om zelf aardbeien te plukken, waar bussenvol mensen op afkomen. Kalter: “Dat gaat ook niet door, maar grappig genoeg verkopen we nu heel veel aardbeienplanten. Bijvoorbeeld aan bedrijven die hun medewerkers een hart onder de riem willen steken. De markt verandert door de coronacrisis; je laat wat en je krijgt wat.”