Clavibacter vastgesteld op tomatenbedrijven

Op twee Nederlandse tomatenbedrijven is eerder dit jaar Clavibacter aangetroffen.

De vondsten worden door de NVWA aan elkaar gekoppeld doordat de planten van dezelfde plantenkweker komen. Het is voor het eerst sinds 2009 dat een verdenking van Clavibacter ook op een plantenkweker rust, al heeft de NVWA de bacterie niet aangetroffen op dat bedrijf, zo laat de woordvoerder weten.

De NVWA spreekt over een plantenkweker met uitstekende hygiënevoorschriften, en spreekt daardoor het vermoeden uit van een besmette zaadpartij. De plantenkweker neemt niet deel aan het eigen sectorale kwaliteitssysteem GSPP. Het zaad is wel GSPP-waardig, zo laat de NVWA weten.

De vermoedelijke herkomst is dus het zaad, maar de NVWA heeft dat nog niet uit onderzoek vastgesteld: “Naspeuringen en toetsingen hebben echter nog geen concrete aanwijzingen opgeleverd. Of dit alsnog gaat lukken is de vraag.”

De melding kwam op 5 februari binnen toen een tomatenteler op ruime schaal uitval van planten constateerde. Na onderzoek bleek ook bij een tweede bedrijf dat er zieke planten aanwezig waren. In de melding van de NVWA staat dat het eerste bedrijf geruimd is. Het ras van de besmette planten is onduidelijk. Ook is niet duidelijk wie de leverancier is van het zaad.

Volgens de NVWA zijn na februari geen nieuwe meldingen gedaan van Clavibacter.

Clavibacter is in Nederland teruggedrongen mede door GSPP, het kwaliteitssysteem van de uitgangsmateriaalsector om Clavibacter te voorkomen. Het aantal besmettingen is sinds 2007 terug gelopen van 13 naar één in 2013, schrijft de NVWA.

GSPP zegt in een reactie te wachten op uitkomsten van het NVWA-onderzoek. Op dit moment is niet aangetoond dat een aangesloten bedrijf betrokken is.