Chemie in aardbeien vermindert aantal roofmijten

De inzet van chemische insectenbestrijdingsmiddelen tijdens de opkweek van aardbeientrayplanten kan ertoe leiden dat het aantal natuurlijke vijanden ook afneemt.

Dat kwam dit voorjaar naar voren in onderzoek in een teelt met het ras Elsanta op het proefcentrum in Hoogstraten. Een soortgelijk effect werd vastgesteld in de productieteelt, toen met grotendeels andere chemische middelen.

Voorafgaand aan een voorjaarsteelt werden partijen Elsanta-trayplanten tijdens de opkweek behandeld met een insecticide. Dat gebeurde tegen het eind van de opkweek in november, met zes verschillende middelen: Raptol, Envidor, Vertimec, Okapi, Movento en Mesurol (een aantal hiervan is niet in Nederland toegelaten). Na de gekoelde bewaring onder gebruikelijke condities werden de planten in april in de kas gezet. Voorafgaand aan de bloei werd de roofmijt Amblydromalus limonicus uitgezet (2 x 40 per vierkante meter).

Op 21 mei en op 7, 14 en 21 juni telden de onderzoekers het aantal mijten per blad. Gemiddeld genomen lag het aantal mijten op de onbehandelde planten twee tot drie keer hoger dan op de planten die wel een insecticide-behandeling hadden gehad.

Ook minder natuurlijke vijanden bij behandeling in teelt

De behandeling met chemische middelen in de teelt liet bij tellingen op één dag na behandeling en op vier dagen na behandeling eveneens een afname zien van het aantal natuurlijke vijanden. Bij deze proef werden de middelen Thiovit jet, ALP Total Pirimor, Tracer, Calypso, Vertimec, Luna sensation, Raptol en Borneo gebruikt. Ook deze zijn niet allemaal toegelaten in Nederland.