‘Buitengewoon goede kwaliteit aubergines’

De teelt is in januari gestart met het 4-stengelsysteem. “Het blijft in het begin altijd lastig met de vierde stengel, die minder goed op gang komt. Drie stengels ontwikkelen zich dominant met een goede kop en veel bloemen. Ondanks veel licht blijft de vierde stengel achter en ontwikkelt de kop zich moeilijk. We denken dat dit te maken heeft met dominantie in de plant zelf.”

Het ras Miley groeit wat wilder en is meer volgroeider dan Beyonce. De koppen van de plant zijn ook roder. Het gewas is generatiever en het ras loopt iets voor in productie.

Zwaardere vruchten

De aubergines zijn 30 tot 40 gram zwaarder dan vorig jaar. Van der Knaap: “We beginnen met een minimum vruchtgewicht van 180 gram te oogsten. Dat houden we voorlopig aan. De aubergines van de bijbloemen naast de hoofdbloemen oogsten we met een vruchtgewicht van 150 gram, anders krijgt de plant het moeilijk bij uitgroei naar 180 gram.”

Vast AC-folie eerder eruit

Het vaste AC-folie is er eerder dan gepland op 3 februari uitgehaald, omdat de luchtvochtigheid te hoog werd. “In week 6 ging de zon behoorlijk schijnen, waardoor de plant meer is gaan verdampen. Als het warm is in de kas kan de lucht wel meer vocht hebben. Maar dat wordt anders als de zon aan het eind van de dag wegvalt, waardoor het vochtiger wordt. Als het vochtdeficiet onder de 3 komt, wordt het te vochtig in de kas. Het is dan geen goed groeiklimaat voor de plant meer, want het gewas kan niet meer verdampen.

Stooktemperatuur steeds aangepast

In de eerste paar dagen van de teelt in december is er met een vlakke temperatuur van 22 graden Celsius gestookt. Daarna is de temperatuur verlaagd naar gemiddeld 21 graden met één graad verschil tussen dag (21,5 graad) en nacht (20,5 graad). Deze temperaturen zijn aangehouden tot en met week 3. Toen is de dagtemperatuur op 20,5 graad gezet en de nacht op 20 graden.

“In week 6 hebben we de temperaturen verlaagd naar 22 graden op de dag en 18,5 graad in de nacht. Want met de vruchten aan de plant moet het niet te hard gaan, anders krijgen we kwaliteitsproblemen”, aldus de aubergineteler.

Licht omzetten in productie

In de weken 7 en 8 is de gemiddelde temperatuur op de dag uitgekomen op 20 graden en in de nacht op 18 graden. Vanwege de zonnige week 9 is de dagtemperatuur 22 tot 23 graden, die met veel zonlicht is opgelopen naar 28 graden. “Met veel zon willen we doorgaan met het aanmaken van vruchten om zo het licht om te zetten in productie.”

Bij meer zonlicht, meer water geven

Om 10.30 uur wordt gestart met druppelbeurten van 200 cc met een EC van 2,8. De vervolgbeurten worden gegeven op basis van licht. Bij iedere 65 Joules wordt weer een druppelbeurt gegeven, die naar 90 cc worden gebouwd. Sinds week 8 is er drain. “Als we de Joules hebben, kunnen we wel tien druppelbeurten per dag geven. We stoppen wel drie uur voor zonsondergang met watergeven. De mat willen we 10% aan gewicht laten interen.”

Natuurlijke vijanden

De uitgezette roofmijt Amblyseius swirskii tegen trips en witte vlieg is goed terug te vinden in het gewas. Tevens is al vier keer roofwants Orius tegen trips uitgezet. Dit voor de opbouw van een populatie vanaf week 13. Van der Knaap: “We willen deze roofwants in het gewas hebben om de tripshaarden te kunnen bestrijden.

Zelf lieveheersbeestjes uitzetten

Luis komt ook opzetten. Daartegen zijn elke week vanaf week 2 al galmuglarve Aphidoletes aphidimyza en de sluipwespen Aphidius colemani en Aphidius ervi uitgezet. “Bij haarden zetten we extra sluipwespen in.”

Om de bladluis te bestrijden zijn ook 14-stippelige lieveheersbeestjes uitgezet. “Dat werkt heel goed tegen luis, want ze vreten de larve en eieren op. Vorig jaar hadden we al lieveheersbeestjes in de kas gehad, die van buiten naar binnen waren gevlogen. We zijn blij dat we ze nu zelf kunnen uitzetten voor de eerste luisbestrijding”, meldt de teler.

Alert op spint

Volgens hem is het nu zaak om de spintontwikkeling goed in de gaten te houden. “Bij veel licht in het voorjaar kan de spint snel opkomen. Daarom zijn we in week 7 begonnen met het uitzetten van roofmijt Amblyseius californicus.”

Auteur: Harry Stijger