Doorgaan naar artikel

Buigen of barsten tussen vier politieke partijen

Kabinetsinformateur Edith Schippers is aan het werk om een akkoord te smeden tussen VVD, CDA, D66 en GroenLinks. Alleen al op de land- en tuinbouwonderwerpen zijn er grote verschillen die moeten worden overbrugd.

Informateur Edith Schippers is woensdag begonnen aan het smeden van een regeringscoalitie van VVD, CDA, D66 en GroenLinks. De beoogde coalitie met de grootste partij en drie winnaars van de verkiezingen heeft zowel in de Tweede Kamer (85 van de 150 zetels) als in de Eerste Kamer (38 van de 75 zetels) een meerderheid.

Om de informatie te laten slagen, zal er op heel veel terreinen water bij de wijn moeten worden gedaan. Partijen moeten zoveel buigen, dat de kans dat het barsten wordt niet denkbeeldig is (zie kaders).

Overeenstemming tussen partijen

De vier fractieleiders Mark Rutte (VVD), Sybrand Buma (CDA), Alexander Pechtold (D66) en Jesse Klaver (GroenLinks) zullen de komende weken op tal van terreinen elkaars posities aftasten en piketpalen zetten. De vraag is of de stadspartijen GroenLinks en D66 op landbouwgebied tot afspraken kunnen komen met de meer plattelandsgeoriënteerde CDA en VVD.

Om een stabiel kabinet te formeren is niet alleen overeenstemming tussen de vier partijen nodig. Ze moeten zich ook kunnen verantwoorden ten opzichte van de kiezer en in het parlement willen ze de belangrijkste concurrenten van zich afhouden.

Instabiliteit aan de linkerkant

De instabiliteit van een kabinet tussen de vier partijen die nu de gesprekken aangaan zit meer aan de linkerkant dan aan de rechterkant. GroenLinks zal op terreinen als duurzaamheid, natuur en landbouw voortdurend de hete adem van met name de Partij voor de Dieren, maar ook de SP en wellicht de PvdA in de nek voelen. De Partij voor de Dieren, die de wind in de zeilen voelt, zal er niets aan gelegen laten liggen om Jesse Klaver erop te wijzen dat hij zijn eigen verkiezingsprogramma aan de kant heeft gelegd terwille van een compromis met de drie andere partijen.

Aan de andere kant zullen SGP, ChristenUnie en de PVV het de VVD en het CDA niet heel erg lastig maken als het gaat om onderwerpen op het gebied van de landbouw, tenzij VVD en CDA een diepe buiging maken in de richting van GroenLinks en D66.

CDA‘er Von Martels krijgt glastuinbouw in portefeuille

De rij van landbouwwoordvoerders in de Tweede Kamer kent een aantal oudgedienden en een paar nieuwkomers:

  • Bij de VVD blijft Helma Lodders de landbouwwoordvoerder, zolang de (in)formatie loopt. Nadat een nieuw kabinet is gevormd, komt er mogelijk een herschikking in portefeuilles.
  • De uitbreiding van de CDA-fractie en de komst van melkveehouder Maurits von Martels heeft ertoe geleid dat het landbouwdossier is verdeeld tussen woordvoerders Jaco Geurts en Von Martels. Geurts blijft onder andere woordvoerder landbouw, natuur en plattelandsbeleid; Von Martels neemt onder andere de portefeuilles glastuinbouw, gewasbescherming en biotechnologie op zich.
  • D66 heeft de landbouwportefeuille niet toebedeeld, maar het ziet ernaar uit dat Tjeerd de Groot in elk geval op een aantal landbouwonderwerpen de woordvoerder wordt.
  • Bij ChristenUnie (Carla Dik-Faber) blijft de landbouwportefeuille ongewijzigd.
  • Bij SGP blijft Elbert Dijkgraaf landbouwwoordvoerder.
  • Bij de PVV zal Dion Graus landbouwwoordvoerder blijven.
  • Rik Grashoff heeft binnen de GroenLinks-fractie de portefeuille landbouw- en natuur behouden.
  • Na het vertrek van Henk van Gerven en Eric Smaling bij de SP, neemt nieuwkomer Frank Futselaar het landbouwdossier over.
  • Bij de PvdA is de landbouw voorlopig toebedeeld aan Attje Kuiken. Zodra de bewindslieden Lillane Ploumen, Sharon Dijksma en Jeroen Dijsselbloem het Kamerlidmaatschap weer vol op zich kunnen nemen, komt daar mogelijk verandering in.
  • De Partij voor de Dieren heeft in Esther Ouwehand de eerst aangesproken landbouwwoordvoerder.

Veehouderij: partijen ver uit elkaar

De toekomstige omvang van de veehouderij kan een lastig dossier worden voor een coalitie van VVD, CDA, D66 en GroenLinks. Waar D66 en GroenLinks pleiten voor een inkrimping van de veestapel, voelen CDA en VVD daar in beginsel niets voor. De standpunten lopen wijd uiteen.

GroenLinks bepleit een verkleining van de melkveestapel met 30%, van de varkensstapel met 40% en van de pluimveestapel met 15%. Daarnaast wil GroenLinks de gebruiksnormen voor mest aanscherpen. Letterlijk stelt GroenLinks: “Er komt een einde aan de intensieve veehouderij”.

D66 is in haar plannen iets minder rigoureus; die stuurt aan op een verkleining van de melkvee- en varkensstapel van 25%, terwijl de pluimveestapel ongemoeid blijft. VVD noch CDA willen in principe inkrimping via de overheid afdwingen, ook al hebben ze wel ingestemd met het fosfaatreductieplan en de invoering van een stelsel van fosfaatrechten voor de melkveehouderij. VVD steunt initiatieven vanuit de sector, zoals het vitaliseringsplan voor de varkenshouderij.

D66 en GroenLinks willen dat de vleesconsumptie verkleint en dat de productie van vleesvervangers wordt gestimuleerd. In de woorden van D66: “Op grote schaal vlees produceren is geen duurzaam verdienmodel voor Nederland, en de overgang naar plantaardige eiwitten biedt ondernemers nieuwe kansen.”

Natuur: CDA tegenover GroenLinks en D66

Waar D66 vindt dat er in Nederland geen snipper natuur mag worden opgeofferd aan andere doeleinden en GroenLinks twee nieuwe grote natuurgebieden op landbouwgrond wil realiseren, stelt het CDA dat er geen snipper landbouwgrond in natuur mag worden omgezet. ‘Stop de onteigening’, schreef het CDA in het verkiezingsprogramma. Zie hier de praktisch onoverbrugbare tegenstelling tussen CDA enerzijds en D66 en GroenLinks anderzijds.

D66 wil dat Nederland meer werk moet maken van het behoud en versterking van de biodiversiteit, onder andere door de diversiteit in de landbouwgebieden te vergroten. Daar moet wel geld voor komen. Vernatting van de natuur voor weidevogels is een van de speerpunten van D66. Ook GroenLinks wil de weidevogel voorrang geven.

Voor de VVD is van belang dat particuliere ondernemers en maatschappelijke organisaties meer betrokken zijn bij natuurbeheer, ook voor de ontwikkeling van nieuwe bos- en natuurgebieden.

Klimaatideën lopen uiteen

De vier partijen die nu aan tafel zitten zijn het erover eens dat Nederland zich moet houden aan de klimaatafspraken van Parijs. Maar de ideeën over hoe dat moet gebeuren lopen uiteen.

Rigoureus Nederlands klimaatbeleid zal niet leiden tot werkelijke wereldwijde vermindering van de uitstoot van CO2, maar zal wel nadelig zijn voor ondernemers, vindt de VVD. En dus pleiten de liberalen vooral voor een internationale aanpak, met een gelijk speelveld.

D66 bepleit het omzetten van landbouwgrond naar natuur in veengebieden en gebruiksverandering van moerige veengronden als een van de mogelijkheden om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. De verkleining van de veestapel is voor D66 net als GroenLinks een belangrijk instrument om ook de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. “Niet-duurzame landbouw zetten we versneld aan de kant”, aldus D66.

Eerlijk inkomen: ja, maar hoe?

De Nederlandse voedselproducenten verdienen een eerlijk inkomen, vinden de vier partijen. Maar over hoe ze dat inkomen moeten verdienen, lopen de gedachten van VVD, CDA, D66 en GroenLinks uiteen. Wat de VVD betreft hoeft er in elk geval geen ministerie te komen dat zich daarmee bemoeit. CDA vindt juist dat er een landbouwministerie móet komen en een onafhankelijke voedselscheidsrechter die toezicht houdt op eerlijke handel in de keten.

Waar VVD vindt dat de boer het inkomen vooral uit de markt moet halen (en dus in principe niet uit Europese subsidies), willen D66 en GroenLinks de EU-subsidies juist gebruiken om de boer te bewegen minder intensief en natuurvriendelijker te opereren.

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin