Met onze jongste zoon kwam er eindelijk een boer in huis. Waar zijn grote broers weinig van de tractor en vrachtwagen wilden weten, wilde hij alleen maar mee.
Hij wist al snel welke kleur bij welk merk hoorde. Dus, hoe kan het anders, kwam er een traptrekker. Niet zo’n driewieler met een armlastig bakje er achter zoals ik vroeger had. Nee, een lookalike John Deere met bijbehorende kipper. Een tractor alleen is niets, dus kwam er een trapheftruck waar hij pallets mee verplaatste. En een kraan, zodat hij in de zandbak kon scheppen.
Pluktrein
Maar wat moet je in een zandbak? Papa werkt toch ook niet in de Sahara? “Kijk eens mama, wat mooi!”, hoorde ik hem schreeuwen door de tuindeuren. Gematigd enthousiast keek ik naar het gat in de tuin waar net nog mijn mooie nieuwe bolhortensia pronkte. In de herfst worden aan zijn traptractor verschillende wagens gemonteerd zodat hij een pluktrein heeft, net als papa. Het is allemaal zo zwaar dat hij bijna niet meer van zijn plek komt, maar ook dat is net echt. Papa staat namelijk ook vaak vast in de bagger.
Net echt. Papa staat namelijk ook vaak vast in de bagger
Sneeuw
Vorige maand was het ineens klaar op het bedrijf. Er lag sneeuw en met sneeuw kan er niet gesnoeid worden. Papa vrij, de kleine vrij. Vaders besloot de vrije uren als vrijwilliger bij de schaatsbaan in het dorp te gaan besteden. Ineens werd er door heel het gezin druk geschaatst. Onze jongste pikte het snel op en ging als een speer. Hard gaan, vallen en weer opstaan.
Schaatser
Met rode wangen zit hij die avond bij de houtkachel. “Ik denk dat ik toch niet het bedrijf wil overnemen”, zegt hij peinzend. Verbaasd kijken we hem aan. “Ik word schaatser,” zegt hij. Ondertussen smeer ik zijn boterham met pindakaas. Gaat hij later boer worden? Of schaatser? Ach, alles kan nog. Eerst maar eens groot en sterk worden.