Op de beurs ontdekte ik dat er 2 typen bedrijven zijn, die van ‘optellen-aftrekken’ en die van ‘delen-vermenigvuldigen’.
Op de tuinbouwvakbeurs in Gorinchem (Z.-H.) was weer heel wat te zien. Zoals waterzuiveringsinstallaties in alle vormen en maten, draadloze sensoren voor metingen in de kas van RV, temperatuur, CO2 en vochtgehaltemeting in zowel steenwol als in losse substraten.
Ik kwam daar tot de conclusie dat je twee soorten ondernemingen hebt. De eerste categorie zijn de bedrijven met een verdienmodel van alleen optellen en aftrekken. Dit zijn de firma’s die iets verkopen en alles beschermen met patenten, waarborgen, kleine lettertjes et cetera (optellen) en dan op het laatst, als de waarde van het product onder druk staat, proberen ze het te verkopen met korting (aftrekken).
Het andere type onderneming is er een van delen en vermenigvuldigen. Een voorbeeld hiervan is een samenwerking van bedrijven die de minikomkommersorteerder op de markt brengen. Deze drie bedrijven brengen hun eigen expertise in, in een samenwerkingsverband. Dat leidt tot een mooi gezamenlijk product: een geautomatiseerde sorteer- en verpakkingslijn die ook bij andere langwerpige vruchtgroenten kan worden ingezet.
‘Type onderneming van delen en vermenigvuldigen heeft de toekomst’
Dit tweede type ondernemingen heeft duidelijk de toekomst. Ook op de teeltbedrijven moeten we ernaartoe om informatie te delen met elkaar en met de maatschappij, zodat mensen weten waar en hoe het product geteeld wordt. En dat er een gezicht komt van de teler die het product teelt.
Een stap verder is om deze producten direct te gaan vermarkten zonder tussenkomst van de handel. In Nederland zijn er veel van deze initiatieven, zoals ‘Boerenhart-coöperatie’, ‘Puur dichtbij’, ‘Boer aan tafel’ en Landwinkels. De kunst is deze initiatieven met elkaar te verbinden, want samen staan we sterk. En als we dit kunnen realiseren, kunnen we ook vermenigvuldigen, en dus een goede boterham verdienen. Dan kunnen we gaan telen met een meerprijs.