De Arbeidsinspectie pleit voor hogere boetebedragen bij illegale tewerkstelling. Nu is het behaald voordeel vaak veel hoger dan de boete van € 8.000 per overtreding.
Zeven mensen van buiten de EU, die 39 weken lang aan het werk zijn op een tuinbouwbedrijf tegen een loon van € 7,58 per uur, waar dat € 17,72 zou moeten zijn. Dat leverde de kweker in 2021, toen dit speelde, een financieel voordeel op van € 125.954. De boete bedroeg € 21.000.
Het is één van 24 voorbeelden die de Arbeidsinspectie heeft doorgerekend. Met als overduidelijke conclusie dat de afschrikkende werking van de standaard boetes voor werken met illegale arbeiders niet in verhouding staat tot het te behalen voordeel. Casus 19 laat zien dat bij korter durend werk zoals in de aspergeteelt (zie kader) het voordeel lager is en de boete dus relatief zwaar doorweegt.
Gemiddeld 60% kostenvoordeel
De aantrekkelijkheid van constructies om met zogeheten derdelanders te werken is gemiddeld groot. Het kostenvoordeel dat de 24 tegen de lamp gelopen werkgevers behaalden bedraagt gemiddeld 60%. Het boetebedrag is al sinds 2005 onveranderd. De daadwerkelijk te betalen boete is zelfs gemiddeld lager, sinds twee jaar geleden de Raad van State heeft bepaald dat bij normale mate van verwijtbaarheid de boete niet hoger dan € 4.000 mag zijn.
Indexeren voor inflatie
Geldontwaarding alleen al zou van dat boetebedrag in 2005 nu een bedrag van zo’n € 15.000 per overtreding moeten maken. Het jaarlijks indexeren van de standaard boete is dan ook de voornaamste aanbeveling van de Arbeidsinspectie. Daarnaast zou in de hoogte van de boete ook rekening gehouden moeten worden met het beslag dat de werkgever met zijn illegale werknemers legt op maatschappelijke voorzieningen zoals schoon water, energie, zorg, onderwijs en huisvesting.