Wim Peeters in Neer teelt zijn groenten sinds 2002 biologisch. Het lijstje gewassen op zijn bedrijf bevat onder andere courgette, prei, tuinbonen, vroege aardappelen, boerenkool, pastinaak, Chinese kool en sinds dit jaar ook preiplanten. Die kweekt hij buiten op voor biologisch telende collega’s met prei.
Peeters plantte de laatste Chinese kool van de rassen Bilko en Emiko rond half augustus. Deze kool is voor de bewaring, met de oogst vanaf 25 oktober. Ze gaan in groene kratten de koelcel in. Deze kool is normaliter eind januari/half februari uitverkocht.
De Chinese kool voor directe levering –nu van het ras Manoko- wordt meestal met 15.000 planten tegelijk geplant. Zo’n teelt wordt dan in één of twee beurten weggesneden voor tijdelijke bewaring in de koelcel.
Gaas
De planten worden na planten direct afgedekt met insectengaas om de koolvlieg buiten te houden. Dat gaat goed, koolgalmug lukt het echter wel door het gaas te kruipen. “We hebben er altijd wel wat last van.” De onkruidbestrijding vraagt om snel werken: gaas eraf, schoffelen met een machine met vingerwieders om ook het onkruid in de rij aan te pakken, en daarna direct het gaas weer terug.
Ziekten
Opvallend dit jaar is de relatief vroege aanwezigheid van Alternaria. “Normaal zie je die schimmel wat later in het seizoen. Het geeft overigens nog geen probleem, ik ga ervan uit dat dat zo blijft zo lang we droog weer blijven houden. Ik vind sinds vorige week ook wat Erwinia. Tijdens het hete weer in de afgelopen weken, heb ik het gaas aanvankelijk expres laten liggen op kool die klaar was. Ik deed dat om de verdamping wat te remmen, maar daardoor is het onder het gaas wellicht wat te vochtig gebleven.”
De weersomstandigheden maken ook dat de kool vlot groeit. “Dat mag onderhand wel. We hebben er drie, vier weken uitgelegen, omdat het te nat was om te planten. We hebben overigens geen hagel gehad, gelukkig niet.”
AUTEUR JOOST STALLEN