Op zijn vroegst voor het teeltseizoen 2015 zal het gewasbeschermingsplan vervangen door een zogeheten gewasbeschermingsmonitor. Daarin moeten telers achteraf alles dat ze aan gewasbeschermingsmiddelen en –maatregelen op hun bedrijf hebben toegepast rapporteren.
Dat alternatief is staatssecretaris Dijksma met het bedrijfsleven overeengekomen en heeft zij gisteren schriftelijk aan de Tweede kamer voorgelegd. Eerder dit jaar concludeerde Dijksma in haar nota over gewasbescherming dat het voor alle tuinders verplichte gewasbeschermingsplan wel veel rompslomp, maar weinig resultaat met zich meebracht.
Een verantwoording achteraf van alle genomen maatregelen zou meer recht moeten doen aan de inspanning per bedrijf. In de gewasbeschermingsmonitor komen dus alle chemische, maar ook niet chemische zaken aan de orde, bijvoorbeeld het gebruik van resistente rassen of mechanische bestrijdingsmaatregelen. Kortom maatregelen die gezamenlijk als geïntegreerde gewasbescherming omschreven kunnen worden. Op die manier kan ook worden vastgesteld of voldaan is aan de Europese verplichting om geïntegreerde gewasbescherming op het bedrijf toe te
passen.
Vormvrij
De monitor zal in het Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden worden vastgelegd. Uitgangspunt hierbij is vermindering van de administratieve lasten. Om die reden zal de monitor vormvrij zijn. Wel zullen in het Besluit een limitatieve lijst van aspecten worden opgenomen waaraan in de monitor aandacht besteed moet worden, zoals teeltfrequentie en vruchtwisselingsplan, rassenkeuze (uitgangsmateriaal), gebruikte toedieningstechnieken, toegepaste waarschuwings- en adviessystemen, toegepaste biologische en mechanische gewasbeschermingsmaatregelen, resistentiemanagement. Een deel hiervan kan onderdeel uitmaken van de certificeringssytemen van de teler. Desgewenst kan voor de gewasbeschermingsmonitor daarbij aangesloten worden.
Spuitlicentie
Ook neemt Dijksma maatregelen om het kennisniveau van geïntegreerde gewasbescherming bij telers en adviseurs te vergroten. Voor de telers zullen minimaal twee van de vier verplichte bijscholingsbijeenkomsten voor het verlengen van het vakbekwaamheidsbewijs het thema geïntegreerde gewasbescherming als onderwerp moeten hebben.
Voor alle adviseurs (zowel handelaren die ook adviseur zijn, als andere adviseurs) wordt het bestaande vakbekwaamheidsbewijs ‘bedrijfsvoeren’ uitgebreid met extra bijscholing op het gebied van geïntegreerde gewasbescherming en didactische vaardigheden.