‘ACM breekt het hoofd over succes Deense biosector’

De Nederlandse kartelwaakhond ACM heeft de wettelijke taak bij te dragen aan een meerprijs voor duurzame teelt. Daarvoor laat ACM bijvoorbeeld marge-onderzoek uitvoeren in de Agro-Nutri monitor. Dit jaar publiceert het Nederlandse ACM daarbij ook een korte casestudy naar de succesfactoren van de Deense biologische sector. Daar zitten leerpunten in voor Nederland, waar de biologische sector langzaam groeit.

Vertrouwen in informatie over het product

Een belangrijk verschil tussen Denemarken en Nederland is de centrale rol die de Deense overheid speelt bij de eisen voor het Deense biologische keurmerk. Het zorgt voor vertrouwen in informatie over het product bij de consumenten. Daar is in Nederland een gebrek aan. Andere ingrediënten lijken in Nederland al wel net zo ingeregeld als in Denemarken. De overheid koopt biologisch in via haar bedrijfskantines, en er is in Nederland legio stimulerings- en ondersteuningsbeleid.

De Deense productie is meer voor eigen gebruik

Toch is de Deense sector groente en fruit lastig vergelijkbaar met Nederland. Denemarken is niet bij uitstek een exportland. De Deense productie is meer voor eigen gebruik, waardoor de promotie in Deense winkels duidelijk op beoogde milieuvoordelen voor Denemarken ligt. Op die verschillen gaat de ACM niet in.

En ook kon ACM niet achterhalen hoe het zit met niet-biologische milieukeurmerken in Denemarken. Waar in Nederland via On the Way to PlanetProof de middenmoot van duurzame telers verder verduurzaamt via dit keurmerk, lijkt dit in Denemarken niet het verduurzamingsmodel. Dat verschil is wel belangrijk. De ACM heeft namelijk ook zelf geconstateerd dat de hoeveelheid keurmerken in Nederland een groei van biologisch in de weg staat. Klanten kopen minder snel biologisch als er een product met bijvoorbeeld PlanetProof naast ligt. Klanten zien dat als ‘goed genoeg’. De focus op alleen biologisch lijkt daarmee voor Nederland niet gewenst.

Lokaal product

Denemarken heeft wel een vergelijkbaar ‘probleem’ met gangbaar product. Dat wordt steevast als lokaal of Deens product verkocht. Denen zien daarin ook een aanmoediging deze te kopen en het biologische product te laten liggen.

Het onderzoek van de ACM is van achter een bureau gedaan. De effecten van de zware inflatie en energiecrisis zijn niet beoordeeld. Blijft de Deense klant bijvoorbeeld biologisch kopen onder die omstandigheden? Moet je een biologische markt wel overmatig stimuleren als overheid? Die vragen worden ook niet beantwoord.