Aanloop naar laatste zetsel

Het gewas van de gele Bentley bij De Tuindershoek in IJsselmuiden is goed door de afgelopen warme periode heengekomen.

Paul Kaashoek: “Met die warme dagen hebben we wel geschermd. We hebben geprobeerd om de warmte en de scherpte van de zon zo veel mogelijk buiten te houden. Met dat hele hete weer, met buitentemperaturen boven de 30 graden Celsius, ging het doek om 11.00 uur al dicht.” De temperatuur in de kas kwam mede daardoor niet veel hoger uit dan de buitentemperatuur.

Hoge plantbelasting

De plantbelasting is begin week 33 best vrij hoog, met meer dan 45 vruchten per vierkante meter. “Maar we oogsten vrij veel. Dus die zal wel weer een keer gaan zakken.” Het gewas is ondertussen weer volop aan het zetten. “Dat moet ook wel. Het laatste zetsel wil je er uiteindelijk toch eind week 37 aan hebben hangen. En dan hopen op zon en goed weer, zodat alles er op tijd af komt.”

Grove paprika’s

Met de huidige zonnige weersomstandigheden wordt de opgelopen productie-achterstand ten opzichte van vorige jaar, als gevolge van het donkere en koude voorjaar steeds kleiner. “Maar ik denk niet dat het gaat lukken om het gat nog helemaal goed te maken.” Ondanks het warme weer en de hoge plantbelasting blijft de grofheid goed op peil. “Dat blijft netjes. We oogsten het meest 95-ers, van dik boven de 200 gram.”

Koel houden

Kaashoek probeert vrij koel te telen, met etmaaltemperaturen rond de 22 graden Celsius. Na een voornachtje van 17 graden Celsius volgt een nanacht van 19 graden. Overdag wordt 20,5 graden Celsius aangehouden, waarbij de ventilatielijn vlak boven de stooklijn staat. “Als de temperatuur het toe laat, luchten we zelfs eerder onder de stooklijn. Boven de 18 graden buitentemperatuur mag de regeling de ramen makkelijk open gooien.” De watergift volgt de instraling. “Met dat hele warme weer zag je wel dat je op tijd moest beginnen. We zijn toen iets eerder gestart, en hebben de beurtgrootte van de eerste druppelbeurt verhoogd van 100 naar 150 cc, omdat het anders toch te lang duurde voor je drain kreeg.”

Geen plagen en ziekten

De biologische plaagbeheersing loopt goed. Eerder opgekomen spint is pleksgewijs aangepakt en is nu goed onder controle. Trips en wittevlieg vormen geen probleem. Er is wel een enkel boterbloemluisje waar te nemen, maar veel is dat niet.