De aankoop van een nieuw glasbedrijf in Brabant is op een juiste wijze ontbonden, stelt het Gerechtshof Den Bosch in hoger beroep.
De aspirant-kopers hebben ontbinding van het koopcontract aangevraagd omdat ze de financiering niet tijdig rond kregen door een langere behandeltijd voor garanties via de regeling Borgstelling landbouw. De rechter zag daarin geen grond om de kopers daarvoor een boete op te leggen, zoals de verkoper eiste.
De koopovereenkomst uit 2010 ging om 1,9 hectare glas met woonhuis voor ruim drie miljoen euro. De rechter woog af of de koper – en daarbij financiers Rabobank en ING – niet eerder had kunnen voorzien dat de doorlooptijd voor borgstelling bij het ministerie van EZ langer dan vier weken zou duren. De Rabobank ging uit van een dergelijke korte termijn, maar vroeg meer tijd voor de financiering toen daar vertraging dreeg. De rechter oordeelde toch dat partijen voldoende hebben gedaan om financiering te realiseren. Ook andere grieven van de verkopende partij werden door de rechter verworpen.