In België kunnen de veilingen nog prima uit de voeten met GMO. In Nederland haakt de een na de ander af.
De Gemeenschappelijke Marktordening voor groente en fruit is een eerbiedwaardige Brusselse regeling. Een kwart eeuw geleden ontworpen door hoofdeconoom Leo Gijsberts van het Nederlandse Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen. De regeling was volledig op de leest van groente- en fruitveilingen geschoeid. Alle Nederlandse en Belgische veilingen dienden dan ook direct operationele programma’s in, die vlotjes van A tot Z werden goedgekeurd door de Europese en de nationale overheid.
Geldrivier naar de Lage Landen
De tuinders in de rest van Europa keken jaloers naar de geldrivier die naar de Lage landen stroomde en begonnen zich ook in telersverenigingen te organiseren. Maar terwijl in de rest van de EU de organisatiegraad omhoog ging – afgemeten aan de productomzet waarover de 4,5% GMO-subsidie werd aangevraagd – is dat in Nederland de laatste jaren alleen maar omlaag gegaan.
Struikelblokken en valkuilen
De Nederlandse tuinder van nu is niet meer die van 25 jaar geleden. Eerst was het een struikelblok dat je niet van de ene naar de andere coöperatie kon overstappen zonder een fikse nabetaling te moeten doen. Gaandeweg bleek het feit dat een teler zich niet met handel en prijsvorming mocht bemoeien een nog veel grotere valkuil. Heel FresQ viel erin en kwam er niet meer uit.
Pauzes en ingeleverde erkenningen
Aanpassingen aan de nationale GMO-strategie hebben niet kunnen voorkomen dat 2 jaar geleden veel telersverengingen GMO-pauzes namen en er nu zelfs een paar hun erkenning helemaal inleveren. Opmerkelijk daarbij is dan de recente volledige overstap van de aardbeientelers van Zundert naar Veiling Hoogstraten. De Belgische veilingen weten wel nog precies hoe ze met ‘Brussel’ en met hun nationale overheid goede vrienden blijven en toch het volle pond uit de GMO kunnen halen.
Eigen baas in teelt en handel
De Zundertse aardbeientelers vinden het profiteren van GMO-Vlaamse stijl kennelijk aantrekkelijker dan het Nederlandse model van helemaal op eigen kracht eigen baas te zijn in teelt én handel. Wat daarbij extra jammerlijk is, is dat ‘Den Haag’ nu allerlei beleid aan de GMO-regeling aan het verbinden is. Met als gevolg dat een regeling die is ontworpen om zich organiserende tuinders sterker te laten staan op de markt, nu feitelijk een ongelijk speelveld veroorzaakt, met blijkbaar de Belgisch-Nederlandse grens als een van de scheidslijnen.